U, de petitionaris

Nieuws

Kamerleden nemen het ter kennisgeving aan

Vorige week maandag was het media-overleg in de Kamer (op tweedekamer.nl als mp4 met srt-ondertiteling te downloaden.) Helaas is het onderwerp van onze petitie daarbij niet aan bod gekomen, ondanks eerdere interesse getoond door enkele Kamerleden. Ik verwacht zelf niet dat dit nog een politiek vervolg zal krijgen.

De redenen daarvoor zijn mijns inziens divers. Ten eerste leeft het onderwerp niet zo in de samenleving. Het is een wat technisch onderwerp. Veel mensen hebben geen beeld bij versleuteling, DRM etc. Daarnaast is er relatief weinig discussie en berichtgeving over digitale burgerrechten. Daardoor leeft de gedachte niet zo dat we als publiek ook eigenaar zouden moeten zijn van publiek gefinancierde producties van de NPO. Ook is het niet een onderwerp dat veel emotie opwekt, zoals identity / migratie / veiligheid / seksualiteit / etc. Het aantal ondertekeningen, 852, is electoraal gezien natuurlijk niet zo beduidend. Dit is duidelijk geen massabeweging waar politici rekening mee hoeven te houden. Niet alleen voor de massa is dit onderwerp wat te technisch; ook voor veel politici is het te technisch. Kamerdebatten zijn mijns inziens vaak een wedstrijd in spitsvondigheden.

Niettemin hebben we, ook dankzij uw ondertekening, dit wel weer onder de aandacht kunnen brengen van enkele Kamerleden. Zo blijft de discussie toch een beetje voortkabbelen. Willen we een samenleving waarin we als burgers de controle behouden over een steeds meer digitale wereld, dan zullen we die discussie niet moeten opgeven. Ook mogen we van politici eisen dat ze inhoudelijke en technische kennis hebben of verwerven. (Dat had bijvoorbeeld de Fyra miskleun en het stikstofdrama kunnen voorkomen.)

Daarom nogmaals mijn dank voor uw aandacht en ondertekening. Ik hoop ook dat u zelf die discussie bij de juiste gelegenheden, formeel of informeel, voortzet.

Ook wil ik u erop wijzen dat via de website Downloadgemist het momenteel weer mogelijk lijkt om NPO uitzendingen te downloaden. Zelf heb ik het niet uitgeprobeerd, maar van twee mensen begreep ik dat die dienst het weer doet. Dit is natuurlijk geen officiële dienst en het is dan ook nog maar te bezien hoelang dit blijft werken.

Nogmaals dank,

Hartelijke groet,

Evert Mouw

Petitie Huuralarm nog tot 12 maart ondertekenbaar

De Woonbond heeft 5 maart 61.759 handtekeningen overhandigd aan de Eerste Kamer: 38.450 digitale handtekeningen en 23.309 handtekeningen op papier. Hoewel de petitie formeel al is aangeboden, gaan we met inzamelen van handtekeningen door tot het moment dat de Eerste Kamer een definitieve beslissing heeft genomen. Zoals het er nu naar uitziet stemt de Eerste Kamer 12 maart over de wetgeving die inkomensafhankelijke huurverhogingen mogelijk maakt. We zorgen ervoor dat alle nagekomen handtekeningen onder de petitie Huuralarm nog bij de Eerste Kamer terecht komen.

+Lees meer...

Heeft u nog lijsten of ansichtkaarten met handtekeningen liggen? Zorg dan dat deze alsnog op het kantoor van de Woonbond geraken. De Petitie Huuralarm is weliswaar opgesteld voordat minister Blok zijn woonakkoord sloot, maar de kern van het protest staat nog fier overeind. Als het wetsvoorstel waar de Eerste Kamer 12 maart over beslist wordt aangenomen kunnen de huren ieder jaar met 4 tot 6.5% stijgen. En als het wetsvoorstel voor de verhuurdersheffing wordt aangenomen krijgen woningcorporaties een jaarlijkse heffing die het zeer ingewikkeld maakt om nog nieuwe woningen te bouwen of bestaande woningen op te knappen. Alle reden dus om deze petitie ook nu nog te tekenen.  Debat Eerste Kamer via internet volgen  Het (plenaire) debat in de Eerste Kamer is volgende week 'live' te volgen via Internet. De website van de Eerste Kamer biedt daartoe een livestream. Als Woonbond zorgen we ook voor summiere verslaglegging van dit debat. Een van onze medewerkers is 12 maart op de publieke tribune aanwezig, en doet daar live verslag van via de Twitterstream die u op www.actiehuuralarm.nl kunt bekijken. ?

Nederlandse Woonbond

Advies RSJ: wijziging selectie plaatsing en overplaatsing

      Aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie   De heer mr. F.

+Lees meer...

Teeven   Postbus 20301   2500 EH Den Haag   aanbieding advies     8 februari 2013     Wijziging Regeling Selectie Plaatsing en Overplaatsing van Gedetineerden (RSPOG) i.v.m. de   regionale plaatsing van arrestanten   Geachte heer Teeven,   Op 27 november 2012 heeft de RSJ uw brief ontvangen met het verzoek te adviseren over   een conceptwijziging van de “Regeling Selectie Paatsing en Overplaatsing van Gedetineerden,   in verband met het samen plaatsen van arrestanten” (uw kenmerk: 5738951/12/DJI, d.d. 20   november 2012).   Voorgestelde wijziging   De voorgestelde wijziging betreft arrestanten met een strafrestant van maximaal acht weken   en grijpt in op twee elementen: 1) regionale plaatsing en 2) het regime waaronder bedoelde   arrestanten verblijven. Beide worden hieronder toegelicht.   Ten aanzien van regionale plaatsing: volgens het regionaliseringsbeginsel, één van de   uitgangspunten van het programma Modernisering Gevangeniswezen (MGW), worden   gedetineerden gedurende de laatste vier maanden van hun detentie geplaatst in een penitentiaire   inrichting (PI) in het arrondissement waar zij zich na detentie zullen vestigen. Het doel hiervan   is een betere aansluiting tot stand te brengen tussen de gedetineerde en de ketenpartners die   betrokken zijn bij diens re-integratie en nazorg. Daarmee wordt beoogd een goede overgang naar   de vrije samenleving te realiseren en recidive terug te dringen.   Volgens de toelichting bij de concept-regeling is het aanbod van arrestanten in de Randstad zodanig   omvangrijk dat in de randstedelijke inrichtingen onvoldoende capaciteit beschikbaar is om alle   langverblijvende gedetineerden gedurende de laatste vier maanden van hun detentie regionaal te   plaatsen. Daardoor komen de nazorg en de resocialisatie voor deze groep gedetineerden in het   gedrang, aldus de toelichting.   Om deze situatie te veranderen wordt voorgesteld een deel van de gedetineerdenpopulatie, te   weten arrestanten met een strafrestant van maximaal acht weken, uit te sluiten van regionale   plaatsing. Op die manier vermindert de druk op de randstedelijke inrichtingen waardoor er ruimte   komt voor de regionale plaatsing van langverblijvende gedetineerden tijdens de laatste vier   maanden van hun detentie, aldus de toelichting.   Ten aanzien van het regime: de bedoelde arrestanten worden onder de voorgestelde regeling   geplaatst in een ‘regime van beperkte gemeenschap’, in tegenstelling tot het ‘regime van algehele   gemeenschap’ dat tot op heden van toepassing is. Voor de betrokkenen zou deze wijziging   betekenen dat zij een beperkt activiteitenprogramma, geen gelegenheid tot arbeid en “beperktere”   re-integratieactiviteiten aangeboden krijgen.   Advies   Advisering in context   De Raad neemt bij dit advies een zekere reserve in acht. De voorgelegde wijziging is - hoe   belangrijk ook voor de betrokken arrestanten - op zichzelf relatief beperkt. Het voorstel vindt   echter plaats in de context van een heel palet aan substantiële wijzigingen in beleid en regelgeving.   Het betreft onder meer de herziening van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) in verband met   het programma Modernisering Gevangeniswezen (MGW), de invoering van het Dagprogramma   Beveiliging en Toezicht op maat (DBT) en de daaraan verbonden wijziging van de Regeling SPOG   en de Regeling Tijdelijk Verlaten van de Inrichting (RTVVI). Ook is kennelijk, blijkens de toelichting   bij het voorstel, een wijziging van het differentiatiestelsel in voorbereiding. In het voorstel wordt   gesproken van een differentiatiestelsel dat zes doelgroepen omvat. De Raad heeft al eerder   geconstateerd dat een dergelijke indeling in het programma MGW wordt gehanteerd maar wijst er   op dat deze indeling geen formele status heeft zolang in de Penitentiaire beginselenwet nog enkele   tientallen differentiaties worden onderscheiden.   Zonder de context van de substantiële (voorgenomen) wijzigingen erbij te kunnen betrekken, is het   voor de Raad buitengewoon lastig de voorgelegde wijzigingsvoorstellen af te wegen en op hun juiste   waarde te schatten.   Regionale plaatsing   Het voorstel om de bedoelde arrestanten uit te sluiten van regionale plaatsing wordt   beargumenteerd vanuit een capaciteitstekort. Het aantal arrestanten in de Randstad zou van   zodanige omvang zijn dat in de randstedelijke inrichtingen onvoldoende capaciteit beschikbaar is om   alle langverblijvende gedetineerden gedurende de laatste vier maanden van hun detentie regionaal   te plaatsen. Daardoor zouden de nazorg en de resocialisatie voor deze groep van gedetineerden in   het gedrang komen.   Naar het oordeel van de Raad lijkt dit punt merkwaardig aangezien uit capaciteitsoverzichten van   de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) blijkt dat het gevangeniswezen veel leegstand kent en er   ook capaciteit wordt gesloten. Uit navraag bij de DJI blijkt dat de leegstand grotendeels buiten   de Randstad is te vinden, en voor zover er leegstand in de Randstad is, dit HvB-capaciteit zou   betreffen. Niettemin is de Raad van oordeel dat het belang van de persoonsgerichte aanpak van   gedetineerden dermate groot is dat uiteindelijk een afweging moet plaatsvinden tussen enerzijds   een belangrijk uitgangspunt van die persoonsgerichte aanpak, te weten regionale plaatsing, en   anderzijds de bestemming van beschikbare capaciteit.   De Raad adviseert om het belang van de regionale plaatsing te laten prevaleren en de beschikbare   vrije HvB-capaciteit, na herbestemming, in te zetten voor de onderbrenging van arrestanten in de   regio van vestiging. Regionale plaatsing is immers een uitgangspunt van het programma MGW. Om   een bepaalde groep hiervan categorisch uit te sluiten, zoals voorgesteld in de concept-wijziging,   vindt de Raad principieel onjuist. Juist de groep van arrestanten is gebaat bij re-integratie in de   eigen regio (zie onder “re-integratie”, elders in deze brief).   Nog een argument om regionale plaatsing te handhaven, ook voor de bedoelde groep, vloeit voort   uit de afspraken over nazorg die het ministerie van Justitie heeft gemaakt met de Vereniging   Nederlandse Gemeenten. In het Samenwerkingmodel Nazorg is opgenomen dat gedetineerden   in het arrondissement van vestiging geplaatst worden, en wanneer dat niet mogelijk is in een   belendend arrondissement. Het ministerie (en uiteraard ook de Dienst Justitiële Inrichtingen) is aan   dit convenant gebonden.   Verder constateert de Raad dat het onder de bestaande regelgeving reeds mogelijk is gedetineerden   buiten het arrondissement van vestiging te plaatsen wanneer daar geen plaats is (art. 25, lid   8, RSPOG); deze mogelijkheid wordt in de huidige praktijk ook toegepast. Met de voorgestelde   wijziging wordt deze mogelijkheid voor de beoogde groep arrestanten echter juist ongedaan   gemaakt.   Regime   Onder de voorgestelde regeling worden de bedoelde arrestanten geplaatst in een ‘regime van   beperkte gemeenschap’. De Raad vraagt zich af hoe dit zich verhoudt tot het beginsel van minimale   beperkingen en het resocialisatiebeginsel, zoals neergelegd in de Penitentiaire beginselenwet (art. 2,   lid 2 en 4, Pbw).   Arbeid   De in het voorstel beoogde groep gedetineerden, arrestanten met een strafrestant van acht weken   of minder, wordt onder de voorgestelde regeling uitgesloten van arbeid. Dit is strijdig met de wet.   Het recht op arbeid is vastgelegd in de Penitentiaire beginselenwet (art. 47, lid 1, Pbw). Uiteraard   kan dit uitsluitend veranderd worden via een wijziging van de wet (en niet via een wijziging van de   Regeling SPOG).   Tevens acht de RSJ het argument op grond waarvan de bedoelde arrestanten worden uitgesloten   van arbeid onjuist. In de toelichting wordt gesteld dat arbeid in de inrichting aan productienormen   is gebonden; daarvoor zou continuïteit in de arbeidsbezetting een voorwaarde zijn en deze zou niet   bereikt kunnen worden vanwege de hoge doorloopsnelheid van deze arrestanten. Ook in huizen van   bewaring, waar gedetineerden vaak zeer kort verblijven, wordt arbeid verricht. Verder is de arbeid in   het gevangeniswezen van zodanige aard dat gedetineerden zich de benodigde vaardigheden veelal   in korte tijd eigen kunnen maken.   Bovendien acht de Raad het verrichten van arbeid in detentie een belangrijke en waardevolle   bezigheid omdat dit bijdraagt aan het ontwikkelen van een vast dagritme en een zeker gevoel voor   verantwoordelijkheid dat van belang is bij terugkeer in de samenleving.   Re-integratie   De regeling betekent een versobering van het regime voor de beoogde groep. In de toelichting   wordt aangegeven dat bedoelde arrestanten naar het oordeel van de Staatssecretaris baat   hebben bij re-integratie-activiteiten “zij het in beperktere mate”. Zij krijgen onder de voorgestelde   regeling naast bezoek en de wettelijk verplichte activiteiten, onderdelen van het programma MGW   aangeboden. Tevens worden zij in de gelegenheid gesteld “de Reflector” in te vullen (geeft inzicht in   de eigen delictgeschiedenis) en kunnen zij deelnemen aan modules van “Kiezen voor verandering”   (interventies die zijn gericht op bewustwording en gedragsverandering).   De Raad vindt het van groot belang dat ook voor deze groep ruimte is voor re-integratieactiviteiten,   mede met het oog op het beperken van recidive, en dat deze activiteiten zijn gericht op de   omstandigheden van de arrestanten in kwestie. Een deel van deze groep verkeert aan de ‘zelfkant’   van de maatschappij, denk aan daklozen en verslaafden. Doorlopend hebben enkele honderden   arrestanten te maken met schulden, hebben geen thuis, geen inkomen en geen legitimatiebewijs,   zo blijkt uit het WODC-onderzoek ‘Monitor Nazorg’.   1 Vooral deze mensen kunnen volgens de Raad baat hebben bij re-integratie die is gericht op verbetering van deze ‘leefgebieden’. Alhoewel   de Raad betreurt dat de bedoelde groep in het voorstel in “beperktere mate” voor re-integratie in   aanmerking komt, ondersteunt hij dat de nazorgactiviteiten op de vijf ‘leefgebieden’ wel worden   aangeboden. Daarbij tekent de Raad wel aan dat voor deze activiteiten nu juist de verbinding en   contacten met relevante partijen in de regio van vestiging van groot belang zijn.   Verder acht de Raad het van belang dat het “Beginsel van individualisering” in detentie wordt   nageleefd. Het beginsel luidt: “De overheid houdt rekening met de individuele belangen, noden en   omstandigheden van elke afzonderlijke ingeslotene” (zie de nota Goed bejegenen van de RSJ). Dit   sluit aan op een ander uitgangspunt van MGW, te weten de ‘persoonsgerichte aanpak’. Volgens die   aanpak krijgen gedetineerden een op de persoon afgestemd aanbod van gedragsinterventies en een   dagprogramma dat maximaal is ingericht op het bevorderen van een succesvolle terugkeer in de   maatschappij.       Lopende vonnissen   Een punt van meer praktische aard is dat in de conceptwijziging niet is aangegeven op welke manier   rekening wordt gehouden met lopende vonnissen. Soms wordt bij arrestanten pas tegen het einde   van een detentie duidelijk dat er nog lopende (boete)vonnissen zijn. Directe tenuitvoerlegging   hiervan heeft invloed op de termijn van acht weken. Arrestanten zouden hierdoor ten onrechte en/of   te lang in het voorgestelde beperkte regime kunnen verblijven en in een arrondissement dat niet het   arrondissement van vestiging is.   1 Op verzoek van de Raad zijn enkele extra berekeningen gemaakt op basis van gegevens uit de meest recente Monitor Nazorg. Bij aanvang van   de detentie heeft 74% van de kortgestraften met een strafrestant tot 1 maand te maken met schulden, 31% heeft geen huis¬vesting, 40%   heeft geen inkomen en 25% beschikt niet over een legitimatie¬bewijs; onder de gedetineerden met een strafrestant van 1 tot 2 maanden heeft   73% schulden, 30% geen huisvesting, 28% geen inkomen en 15% geen legitimatiebewijs; zie: Derde meting van de monitor nazorg ex-gedetineerden,   door S. Noordhuizen en G. Weijters, WODC-cahier 2012-13.   Conclusie   De Raad is niet overtuigd van de noodzaak van de voorgestelde wijzigingen. Vanwege de in deze   brief toegelichte formele, principiële en praktische redenen adviseert de Raad het voorstel in   heroverweging te nemen.   Hoogachtend,   namens de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming,   mr. L.A.J.M. de Wit, algemeen voorzitter  

http://www.rsj.nl/

Waterland en Zeevang verwachten een tekort op het EMU-saldo boven de norm!

Waterland verwacht een tekort op het EMU-saldo van €5.303.000,-, dat is €3.930.000,- boven de norm. Zeevang verwacht een tekort van €605.000,- op het EMU-saldoDat is €126.000,- boven de norm.........   Zie: http://facts.rtlnieuws.nl/409-41-miljard-tekort-emu-saldo-lokale-overheden.html?gemeente=140&share=tool  .

30 "Volendammers" scharen zich vierkant achter fusieverzoek van groene buurgemeente Zeevang

Volendammers scharen zich vierkant achter fusieverzoek van groene buurgemeente Zeevang 07 maart 2013 | categorie: Edam-Volendam, Zeevang | bron: NHD ?Je zou er als burgemeester van Zeevang bijna verlegen van worden. Met een overweldigende en hartverwarmende meerderheid stemden inwoners van Volendam gisteravond in met het fusieverzoek van de landelijke buurgemeente. Bepaald storm liep het gisteravond overigens niet in het popen cultuurhuis PX aan de Zeestraat in Volendam.

+Lees meer...

Want zo’n dertig belangstellenden uit het twintigduizend zielen tellende IJsselmeerdorp woonden de eerste informatiebijeenkomst over een mogelijk samengaan met Zeevang bij. Edam krijgt maandag in het vergadercentrum aan de Schepenmakersdijk, aanvang 19.30 uur, de gelegenheid zich uit te spreken. Om het draagvlak onder de eigen inwoners voor een fusie te peilen had de gemeente Edam-Volendam al eerder een telefonische enquête gehouden. Na de tweede informatiebijeenkomst in Edam wordt nogmaals een dergelijk onderzoek gehouden.   Welgeteld dertig (30) personen, al dan niet politiek gebonden en gestuurd, hebben meegestemd. Het zou ons niet verbazen als daarvan een groot deel afkomstig was uit Edam...... Niet echt een ware afspiegeling van 20.000 Volendammers........

Recyclebare vloerbedekking (huh??) in Kerndepartement VenJ

Mega-verhuizing van ambtenaren 10-12-2012  |  14:50 Share on facebookShare on twitterShare on hyvesShare on emailMore Sharing Services2   DEN HAAG - De ministeries van Binnenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie staan aan de vooravond van een megaoperatie. 5000 ambtenaren gaan de komende maanden verhuizen naar een nieuwe werkplek. Zij worden ondergebracht in twee nieuwe, 140 meter hoge, torens op een steenworp afstand van de twee bestaande panden in het centrum van Den Haag.

+Lees meer...

De nieuwbouw is op 8 december officieel opgeleverd. Dat is twee maanden eerder dan was afgesproken. De bouw kostte in totaal 330,5 miljoen euro. De ambtenaren van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gaan vanaf 17 december 2012 in stappen over, die van het ministerie van Veiligheid en Justitie vanaf februari 2013. De verhuizingen lopen door tot midden 2013. 4000 werkplekkenIn het nieuwe gebouw, dat 39 verdiepingen telt, zijn 4000 flexibele werkplekken. Op dit moment zijn de ministeries van VenJ en BZK versnipperd gehuisvest in een groot aantal merendeels verouderde panden, verspreid over de binnenstad van Den Haag. In het nieuwe pand worden de werkplekken voor de ambtenaren efficiënter benut, aldus het Rijk. In de panden worden behalve de kerndepartementen BZK en VenJ, ook het agentschap Basisadministratie Registratie Persoonsgegevens, de Dienst Justitiële Inrichtingen, de Raad voor de Kinderbescherming en de dienst Justis gehuisvest. Het nieuwbouwproject is duurzaam en energiezuinig. Daardoor wordt  50 procent minder energie gebruikt dan in het huidige hoofdgebouw van beide ministeries. Ook is materiaal in het gebouw duurzaam. Zo is de onderlaag van de vloerbedekking gemaakt uit gerecycled materiaal en is de vloerbedekking zelf ook recyclebaar. De gemeente Den Haag wordt eigenaar van de panden waarin de ministeries op dit moment zijn gehuisvest. Wat daarmee gaat gebeuren is nog niet bekend.

http://www.omroepwest.nl/nieuws/10-12-2012/mega-verhuizing-van-ambtenaren

Criminaliteit en veiligheid; standpunt PvdA

Criminaliteit-en-veiligheid De buurt is van de bewoners. Iedereen heeft recht op een prettige, veilige wijk, ongeacht de buurt waar je woont.

+Lees meer...

Of het nu gaat om vandalisme, fraude en misbruik met uitkeringen of onbeschoft gedrag tegen ambulancepersoneel: asociaal gedrag wordt bestraft. woordvoerder Ahmed Marcouch Tweede Kamerlid Veiligheid en Politie Straffen en detentieHet strafrechttraject moet veel sneller doorlopen worden en de straffen moeten effectief zijn. In het regeerakkoord zijn onder andere afspraken gemaakt over verkorting van doorlooptijden van strafzaken. Straffen moeten effectief zijn. De straf moet er toe leiden dat de dader voelt dat hij iets verkeerds heeft gedaan. Daarom is in het regeerakkoord afgesproken dat het openbaar ministerie voor ernstige gevallen van recidive minimale strafeisen gaat stellen. Ook is bepaald dat bij straffen van meer dan twee jaar de veroordeelde in de cel moet blijven, ook al gaat hij in hoger beroep. Bij een delict met slachtoffers geldt dit bij straffen van meer dan een jaar. Gevangenen moeten zelf gaan meebetalen aan de kosten van hun detentie. Straffen moeten ook effectief zijn in de zin van minder recidive en rechtvaardiger voor slachtoffers en de bescherming van de samenleving. Aan een straf moeten daarom op maat gemaakte voorwaarden worden verbonden. De ex-crimineel krijgt de kans om een nieuw leven op te bouwen maar hij moet weten dat bij een volgende misstap er weinig tot niets voor nodig is om weer in de cel te belanden. Wat ons betreft: uit de bak, is aan de bak! Afpakken van crimineel vermogen: In het regeerakkoord is afgesproken dat we witwassen strenger gaan straffen en criminele vermogens beter gaan afromen. Het boeteplafond bij de bestraffing van rechtspersonen (bedrijven) wordt opgeheven. Betere hulp aan slachtoffersHet slachtoffer moet zijn schade vergoed krijgen, maar ook zijn ervaring of mening voor de rechter te kunnen uiten. Een strafzaak moet dader en slachtoffer recht doen. In het regeerakkoord is afgesproken dat slachtoffers meer spreekrecht in het strafproces krijgen. Ook komt er één loket voor slachtofferhulp. De reikwijdte van het schadefonds geweldsmisdrijven uitgebreid met onder meer dood door schuld bij ernstige verkeersovertredingen.  Alcohol en uitgaansgeweldEr moet veel sneller worden beboet voor openbare dronkenschap. Mensen die zich bij herhaling schuldig hebben gemaakt aan openbaar dronkenschap in het uitgaansleven moeten voor langere tijd een gebiedsverbod krijgen. De kosten van vernielingen moeten volledig worden verhaald op de daders. Winkeliers of horeca die alcohol schenken onder de leeftijdsgrens of doorschenken bij dronkenschap worden fors beboet. De PvdA wil de leeftijdsgrens verhogen naar 18 onder gelijktijdige verbetering van de handhaving en preventie. Dit staat ook in het regeerakkoord. Daarnaast gaat er meer gedaan worden aan voorlichting en wordt de wet beter gehandhaafd.

http://www.pvda.nl/standpunten/vrijheid+en+veiligheid/Criminaliteit-en-veiligheid#

Brief van minister en staatssecretaris waarom nog 13000 detentieplichtigen rondlopen

http://www.rijksbegroting.nl/2013/kamerstukken,2013/2/27/kst179063.html.

Rijksbegroting DJI

Veel cijfers, je moet er van houden maar veel info te vinden op:   http://www.rijksbegroting.nl/2013/voorbereiding/begroting,kst173857_17.html.