(in English below banner)
De gemeenteraad van Amsterdam heeft besloten uitvoering aan motie 1412 te geven en een passend bedrag vrij te maken voor Museum Het Schip (en het Amsterdamse Bostheater), omdat het hier gaat om instellingen met een bijzondere cultuurhistorische waarde. Het zijn plekken die alleen tot hun recht komen met een passende programmering, waarmee ze een breed publiek bereiken.
Museum Het Schip is wereldberoemd. Het is gehuisvest in een prachtig woningbouwcomplex in de Spaarndammerbuurt, dat werd ontworpen door Michel de Klerk. Het museum vertelt een veelheid aan verhalen, en maakt bezoekers deelgenoot van een rijke geschiedenis. Verhalen, niet alleen over ontwerpen, stenen en bouwen, maar ook over sociale geschiedenis. Over woningbouw en volkshuisvesting, waarvan het denken hand in hand ging met idealen als het streven naar gelijkheid en naar verheffing. Het is een plek waar het verleden zich verbindt met het heden. Museum Het Schip vervult daarnaast een netwerkfunctie over bouwen in de stijl van de Amsterdamse school. Er worden vele schoolklassen rondgeleid. Het museum werkt onder andere samen met musea in Duitsland en Japan en weet zich gesteund door bijvoorbeeld de Getty Foundation in Los Angeles.
Voor Museum Het Schip geldt dat het AFK de aanvraag als realistisch en passend heeft beoordeeld. De gevraagde subsidie is gedeeltelijk toegekend, omdat het budget voorde discipline erfgoed binnen het budget voor het Kunstenplan niet toereikend is. Het college heeft besloten een aanvullend budget toe te kennen aan Museum het Schip voor de periode 2021-2024 van gemiddeld circa € 150.000 per jaar en de uitvoering hiervan in handen te stellen van het AFK. Het college heeft besloten een aanvullend budget toe te kennen aan Museum het Schip voor de periode 2021-2024 van gemiddeld circa € 150.000 per jaar en de uitvoering hiervan in handen te stellen van het AFK.
Bron: Raadsvergadering 8 april 2021, notulen, p. 37
REACTIE PETITIONARIS
De petitie is ten einde.
U heeft tezamen met ruim 14.750 anderen uw steun betuigd aan Museum Het Schip in de tijd dat het museum dat heel hard nodig heeft. Dat heeft resultaat gehad! Mede door uw toedoen heeft de meerderheid in de Gemeenteraad van Amsterdam een motie is aangenomen om het ontbrekende subsidiebedrag van Museum Het Schip voor de komende vier jaar aan te vullen. Dit is natuurlijk fantastisch nieuws! Maar we zijn er nog niet. Hoewel de basis nu is gedekt, blijft het een uitdaging om het museum in tijden van Corona draaiende te houden. We kunnen uw steun dus nog steeds goed gebruiken!
Donatie U kunt ons helpen met een donatie. Dit kan via deze link, u wordt dan doorgeleid naar een betaalmodule. U kunt ook een bedrag naar keuze overmaken naar rekeningnummer NL17 INGB 0005 0833 87 ten name van Museum Het Schip, onder vermelding van 'donatie'.
Online aanbod U kunt zich natuurlijk ook opgeven voor één van onze online activiteiten om nu al in lockdowntijd toch te kunnen genieten van al het moois dat De Amsterdamse School te bieden heeft.
Webshop En natuurlijk is 24/7 onze webshop vol mooie boeken en souvenirs geopend. Dus wilt u graag iets doen? Bestel dan bijvoorbeeld het thuisworkshop pakket Batikken!
En last but not least kunt u zich opgeven voor onze nieuwsbrief zodat u op de hoogte te blijft van nieuws, persberichten, tentoonstellingen en alle activiteiten die wij voor u organiseren.
Nogmaals hartelijk dank! Met vriendelijke groet,
Alice Roegholt en Josee Roël (directie Museum Het Schip) Marcel Westhoff (petitionaris)
THE ANSWER
The City Council of Amsterdam has decided to implement motion 1412 and to make an appropriate amount available for Museum Het Schip (and the Amsterdamse Bostheater), because these are institutions with a special cultural-historical value. They are places that only come into their own with an appropriate programme that reaches a broad public.
Museum Het Schip is world famous. It is housed in a beautiful housing complex in the Spaarndammerbuurt that was designed by Michel de Klerk. The museum tells a multitude of stories, and allows visitors to share in a rich history. Stories not just about designing, bricks and mortar, but also about social history. About housing construction and public housing, whose thinking went hand in hand with ideals such as the pursuit of equality and elevation. It is a place where the past connects with the present. Museum Het Schip also fulfils a network function on building in the style of the Amsterdam School. Many school classes are given guided tours. The museum collaborates with museums in Germany and Japan and is supported by the Getty Foundation in Los Angeles, for example.
For Museum Het Schip, the AFK assessed the application as realistic and appropriate. The requested subsidy has been partially granted because the budget for the heritage discipline within the budget for the Kunstenplan is insufficient. The Municipal Executive has decided to allocate an additional budget to Museum het Schip for the period 2021-2024 of approximately €150,000 per year on average and to entrust the implementation of this to the AFK. The Municipal Executive has decided to grant an additional budget to the Museum the Ship for the period 2021-2024 of an average of approximately €150,000 per year and to entrust its implementation to the AFK.
Source: Council meeting 8 April 2021, minutes, p. 37
END OF ANSWER
REPLY FROM PETITIONER
The petition is over.
Together with more than 14,750 others, you have expressed your support for Museum Het Schip during a time when the museum desperately needs it. That has paid off! Partly because of your actions, the majority in the City Council of Amsterdam has passed a motion to supplement the missing subsidy amount from Museum Het Schip for the next four years. This of course is fantastic news! But we are not there yet. Although the basics are now covered, keeping the museum running in these Corona times remains a challenge. So we can still use your support!
Donation You can help us with a donation. This can be done via this link, you will then be redirected to a payment module. You can also transfer an amount of your choice to account number NL17 INGB 0005 0833 87 in the name of Museum Het Schip, stating "donation".
Online offer You can of course also sign up for one of our online activities to enjoy all the beauty that The Amsterdam School has to offer in lockdown time.
Online store And of course our webshop is open 24/7 full of beautiful books and souvenirs. So would you like to do something? Order the home workshop package Batik for example!
And last but not least, you can sign up for our neswletter so that you can stay informed about news, press releases, exhibitions and all activities that we organize for you.
Once again thank you very much! Kind regards,
Alice Roegholt and Josee Roël (management Museum Het Schip) Marcel Westhoff (petitioner)
END OF REPLY
In dezelfde week waarin Annemarie Boom afscheid nam van de fysiotherapiepraktijk waar ze twintig jaar had gewerkt, kwam haar moeder bij haar in huis wonen. Een beslissing die haar nog dagelijks vreugde brengt, en die haar moeder duidelijk goed heeft gedaan.
Maar in de zestien jaar die eraan voorafgingen, is heel veel gebeurd dat ze graag anders had gezien.
Oude mensen hebben een wijsheid waarvan jongere mensen heel veel kunnen leren, vindt Boom. Die conclusie trekt ze niet alleen op basis van de zeven jaar waarin ze nu haar moeder in huis heeft. ‘Ik merkte het in het verleden al, en ook nu nog, aan het werk dat ik als fysiotherapeut in verpleeg- en verzorgingshuizen doe’, vertelt ze. ‘Ik heb een passie voor ouderen.’ Met haar moeder ging het rond het midden van de jaren negentig in de thuissituatie al een tijd niet goed meer. Dit had deels te maken met het problematische huwelijk waarin zij verkeerde, en deels ook met de herinneringen aan haar getroebleerde jeugd. In 1996 belandde ze op de psychiatrische afdeling van een ziekenhuis, waar een diagnose werd gesteld waarvan Boom enorm schrok: dementie met een sombere prognose. ‘Ik had meteen het idee dat dit niet klopte’, zegt ze. ‘Het was de slechte situatie waarin ze zo lang had verkeerd die haar parten speelde, maar ze had niet de kenmerken die bij dementie passen’. Het vergrootte haar gevoel van eenzaamheid.
Naar het verpleeghuis In haar medische dossier – dat Boom pas jaren later onder ogen kreeg – stond ook dat zij en haar broer het niet met de diagnose dementie eens waren. Maar het medisch team hield er onwrikbaar aan vast en gaf hun moeder een verpleeghuisindicatie. Zo begon een proces dat tot 2011 zou voortduren. ‘Ik had veel liever gezien dat mijn moeder naar een herstellingsoord zou gaan’, zegt Boom, ‘maar voor het gesprek daarover werd geen ruimte geboden. Door mijn medische achtergrond werd ik gezien als een betweter. Het ontbrak aan communicatie, er was geen ruimte om naar het andere verhaal te luisteren, het verhaal over de persoonlijke achtergrond van mijn moeder. In het verpleeghuis werd ze vanaf dag één behandeld als iemand met dementie. Ze werd daar met medicatie gesedeerd, terwijl ze juist begrip voor haar situatie, waarin vertrouwen en veiligheid centraal staat, nodig had. Zij diende gestimuleerd te worden met dagactiviteiten en beweging. Maar ze werd immobiel behandelbaar gemaakt, iets wat ik als fysiotherapeut heel moeilijk vond om te zien.’ Haar broer, niet medisch onderlegd, stelde zich op het standpunt “De dokters zullen het toch wel weten”.
Lastig gevonden Het verpleeghuis voelde zich gehinderd door de tegenstrijdige signalen van Boom en haar broer en drong aan op het aanstellen van één mentor en één bewindvoerder. ‘Ik ging ermee akkoord de rol van mentor op me te nemen, zegt ze, ‘maar achteraf concludeer ik dat we hierin veel te meegaand zijn geweest. Ik heb ook veel te laat haar medisch dossier opgevraagd. En ik heb me verbaasd over het feit dat daarin beschreven stond dat mijn moeders geheugen niet te testen was. Heel tegenstrijdig aan de diagnosestelling dementie.’ Boom nam zitting in de cliëntenraad van het verpleeghuis waar haar moeder woonde en vervolgens ook in de centrale cliëntenraad. ‘Maar ik werd er na een poos uitgezet op basis van onduidelijke argumentatie die er feitelijk op neerkwam dat ik te lastig was’, zegt ze. ‘In de periode daarvoor had de locatiemanager me ook al verboden om met de Inspectie te praten. Dit terwijl mijn moeder in veertien maanden tijd twee breuken en een zeer zware kneuzing had opgelopen, zonder aanwijsbare oorzaak. Met de zwartbrief die ik hierover aanbood aan LOC en ActiZ, bleken die partijen niet zoveel te kunnen. Extern onderzoek werd niet toegestaan, en intern onderzoek wekte de suggestie dat ik zelf mijn moeder wel eens die letsels kon hebben toegebracht.’
Moeizaam overleg Het was voor Boom de druppel die de emmer deed overlopen. Via haar werk voor de Stichting Cliënt en Kwaliteit kwam ze ook in andere verpleeghuizen, onder andere in een huis waarvan ze dacht dat haar moeder daar beter op haar plaats zou zijn. Ze regelde voor haar de overstap naar dit nieuwe huis en nam haar dossier mee. ‘Mijn fout was dat ik dit ongeopend in de envelop afgaf aan dat nieuwe verpleeghuis’, zegt ze. ‘Daarna stond ik meteen weer als lastig te boek, want er stonden natuurlijk nare dingen over mij in.’ Haar verwachting dat het hier beter zou zijn voor haar moeder kwam niet uit. De contacten verliepen vanaf het begin stroef en haar moeder moest wegens personeelsgebrek een keer acht dagen onafgebroken op bed doorbrengen. Ze vertelt: ‘Toen ik vroeg waarom kreeg ik nota bene als antwoord: “Voor ons moet het ook nog leuk blijven”. Ik wist niet wat ik hoorde. Mijn moeders zelfstandigheid en stafunctie werden op geen enkele manier gestimuleerd. Nadat ik erop had aangedrongen aanwezig te zijn bij het multidisciplinair overleg heb ik best goede gesprekken gevoerd met de artsen die verantwoordelijk voor haar waren. Maar er was achter de schermen veel aan de hand in dat huis, personeelsverloop zorgde voor onrust en dat had zijn weerslag op de bewoners.’ Geen van de specialisten ouderengeneeskunde, zoals de verpleeghuisartsen tegenwoordig heten, nam verantwoording voor de situatie waarin mijn moeder verkeerde.
Opname Boom’s moeder was vaak ziek, had vooral last van urineweginfecties en kreeg dan steeds antibiotica toegediend. Op een zaterdagnacht in 2011 leek het mis te gaan. Het was een half uur na middernacht toen Boom een telefoontje kreeg met de boodschap: ”Uw moeder is pre-terminaal”. Ze belde haar broer en beiden zorgden zo snel mogelijk in het verpleeghuis te zijn. ‘Daar drong ik aan op ziekenhuisopname voor mijn moeder, maar de weekendarts weigerde daaraan mee te werken’, vertelt ze. ‘Dus belde ik zelf 112, en even later hoorde ik gelukkig dat de ambulancebroeders ook vonden dat een opname nodig was. Na de opname was mijn moeder door adequaat ingrijpen binnen vijf uur weer koortsvrij.’ Vanuit het verpleeghuis wachtten Boom echter twee onaangename verrassingen. Ze vertelt: ‘De ongeopend in de envelop afgaf aan dat nieuwe verpleeghuis’, zegt ze. ‘Daarna stond ik meteen weer als lastig te boek, want er stonden natuurlijk nare dingen over mij in.’ Haar verwachting dat het hier beter zou zijn voor haar moeder kwam niet uit. De contacten verliepen vanaf het begin stroef en haar moeder moest wegens personeelsgebrek een keer acht dagen onafgebroken op bed doorbrengen. Ze vertelt: ‘Toen ik vroeg waarom kreeg ik nota bene als antwoord: “Voor ons moet het ook nog leuk blijven”. Ik wist niet wat ik hoorde. Mijn moeders zelfstandigheid en stafunctie werden op geen enkele manier gestimuleerd. Nadat ik erop had aangedrongen aanwezig te zijn bij het multidisciplinair overleg heb ik best goede gesprekken gevoerd met de artsen die verantwoordelijk voor haar waren. Maar er was achter de schermen veel aan de hand in dat huis, personeelsverloop zorgde voor onrust en dat had zijn weerslag op de bewoners.’ Geen van de specialisten ouderengeneeskunde, zoals de verpleeghuisartsen tegenwoordig heten, nam verantwoording voor de situatie waarin mijn moeder verkeerde.
Opname Boom’s moeder was vaak ziek, had vooral last van urineweginfecties en kreeg dan steeds antibiotica toegediend. Op een zaterdagnacht in 2011 leek het mis te gaan. Het was een half uur na middernacht toen Boom een telefoontje kreeg met de boodschap: ”Uw moeder is pre-terminaal”. Ze belde haar broer en beiden zorgden zo snel mogelijk in het verpleeghuis te zijn. ‘Daar drong ik aan op ziekenhuisopname voor mijn moeder, maar de weekendarts weigerde daaraan mee te werken’, vertelt ze. ‘Dus belde ik zelf 112, en even later hoorde ik gelukkig dat de ambulancebroeders ook vonden dat een opname nodig was. Na de opname was mijn moeder door adequaat ingrijpen binnen vijf uur weer koortsvrij.’ Vanuit het verpleeghuis wachtten Boom echter twee onaangename verrassingen. Ze vertelt: ‘De eerste was een brief waarin werd gesteld dat mijn moeder “mocht ze onverhoopt beter worden” mocht terugkeren naar het huis, maar dat mijn broer en ik dan niet meer welkom waren. De tweede was een aangifte door de weekendarts wegens bedreiging. Gelukkig werd ik daarvan vrijgesproken. Terecht, ik was gewoon overstuur, meer niet.’
Naar huis Voor Boom was de maat vol. Terwijl haar moeder nog in het ziekenhuis lag, besloot ze dat ze haar bij haar ontslag mee naar huis zou nemen. Ze had inmiddels een advocaat in de hand genomen, en die regelde dat het ziekenhuis haar moeder een paar dagen langer een bed bood, zodat ze snel de eerste zaken kon regelen om haar thuis adequaat onderdak te bieden. Ze vond snel een huisarts voor haar moeder, en regelde een bed en thuiszorg. ‘Mijn doel was haar te laten aansterken en dan zou ik wel weer verder zien’, zegt ze, ‘maar ze is nooit meer weggegaan. Na verloop van tijd ben ik gestopt met de reguliere thuiszorg en ben ik zelf mensen gaan zoeken om de zorg te kunnen bieden die mijn moeder nodig heeft. Sinds 2012 maken we gebruik van het PGB.’ Het team dat nu voor haar moeder zorgt is divers: verpleegkundigen, studenten hbo-v, verzorgenden fysiotherapeuten en naasten. ‘Allemaal mensen die wat anders in het leven staan’, zegt ze, ‘dat trek je toch aan. Er is een groot wederzijds respect en er is vertrouwen. Open communicatie is het uitgangspunt bij ons. Als je denkt dat iets anders kan, zeg het me.’
Een mogelijk vervolg Inmiddels zijn we zeven jaar verder. Boom’s moeder is nu 89. Boom heeft bereikt dat de diagnose dementie formeel is doorgehaald. De huidige diagnose luidt dat ze achteruit gegaan is door de gevolgen van een zestien jarige sederende behandeling in een verpleeghuis op basis van de verkeerde indicatie, plus de gevolgen van een onbehandelde post-traumatische stressstoornis. ‘Ze is enorm opgeknapt in de jaren dat ze nu bij mij woont’, zegt Boom. ‘In het eerste jaar is ze tien kilo aangekomen en in al die jaren heeft ze welgeteld één urineweginfectie gehad. Verder is ze nooit ziek geweest.’ Soms krijgt Boom nu van anderen de vraag of ze niet ook voor hun vader of moeder kan zorgen, op dezelfde grondslag als ze nu al zeven jaar voor haar eigen moeder doet. Ze zegt: ‘Dan denk ik: waarom niet, als ik ergens een pand kan vinden. Ik zou best een kleinschalig verpleeghuis willen beginnen voor vier of vijf bewoners. Het is gewoon nog niet het moment geweest. Wat hierin meespeelt is dat ik in mijn directe woonomgeving dezelfde mensen tegenkom met wie ik voor 2011 in het verpleeghuis zoveel problemen heb gehad. Van al deze mensen werkzaam in de wereld van de zorg heeft nooit iemand haar of zijn verantwoording jegens mijn moeder genomen. Door haar vanuit een noodsituatie in huis te nemen, draag ik nu, gesteund door mijn directe omgeving, de gevolgen hiervan. Ik verbaas me er tot op de dag van vandaag over dat nooit iemand er bij mijn moeder of mij op teruggekomen is. Ook de IGZ, waar wij diverse gesprekken mee hebben gevoerd laat ons in de kou staan; “voor individuele gevallen kunnen zij niets doen en tijdens één van de gesprekken werd mij gezegd dat ik de grens van, het kunnen, van de IGZ heb bereikt”. Dat vind ik heel jammer, het had nooit zover mogen komen. Daarom ben ik ook erg blij dat ik nu mijn verhaal kan vertellen. En wie weet is de volgende stap dat ik inderdaad een kleinschalig initiatief start waarin mijn moeder samen kan leven met drie of vier anderen. Daar is ze nu wel weer aan toe.’
Meer weten Voor meer informatie kunt u contact met ons opnemen. Wij zijn te bereiken op tel.nr. 06-24643191 en tel.nr. 06-54651979.
De eerste ondertekeningen zijn binnen. Hartelijk dank aan iedereen die de moeite genomen heeft. Vergeet niet, dit kan ons allemaal baten en hoe meer hoe beter !
Zonnige groet,
Mariska.
De flyer word gedrukt en zal spoedig verspreid worden gaat persbericht naar PZC en naar wereld regio Schouwen Duiveland uit .
Op woensdagavond 26 september wordt het plan voor vernieuwing van de Vuurlijn Oost door de gemeente gepresenteerd. Tussen 19.30 uur en 21.00 uur in het gemeentehuis Uithoorn.
Het plan is afgelopen week door het College van B&W goedgekeurd. Zoals bekend staat de belangengroep VuurlijnVeilig niet achter deze plannen. Wij missen de ontmoediging en beheersing van snelheid . Waar eerst de functie van verblijfsgebied van de woonwijk en erftoegangsweg voor bestemmingsverkeer zijn bepaald wordt de inrichting daar nu bewust niet op afgestemd. Er komen nauwelijks (dwingende) snelheids-remmende voorzieningen. De weg wordt breder, de berm berijdbaar en langs de woonwijk wordt 25% met passeervak gevuld. Er komt weliswaar een deel fietsstraat maar buiten de spits en school-/sport tijden zijn er nauwelijks fietsers. Wij verwachten sluipverkeer en hoge snelheden. Zeker na de wel verkeers-ontmoedigende inrichting van de Boterdijk. Naar onze mening moet de Vuurlijn dermate ontmoedigend worden ingericht dat doorgaand verkeer vanzelf via de N196 zal rijden. Dit is sinds 2011 op papier de bedoeling van de gemeente. Er was zelfs een afsluiting (knip) gepland om het verkeer via de N196 te reguleren om de Vuurlijn en Boterdijk vrij van sluipverkeer te maken. Tijdens deze inloopavond kunt u het voorlopig ontwerp voor de herinrichting bekijken, vragen stellen en uw opmerkingen doorgeven aan medewerkers van de gemeente. Wij adviseren uit ervaring om dat schriftelijk te doen. Hebt u naar aanleiding van de inloopavond aanvullende vragen of opmerkingen, dan kunt u deze tot vrijdag 12 oktober 2018 sturen aan gemeente@uithoorn.nl. Na de inloopavond wordt er een definitief ontwerp gemaakt en aansluitend een bestek. De door u gestelde vragen en gemaakte opmerkingen worden, indien mogelijk, hierin verwerkt. De afweging van belangen zullen daarin van belang zijn. De veiligheid van het langzaam verkeer naast doorgaand verkeer naar de Kwakel en een weerszijdige bereikbaarheid met vrachtauto’s van de bedrijven die nu (nog) aan de Vuurlijn gevestigd zijn. Wij achten het voor de veiligheid van u en uw kinderen die al wandelend, trimmend of fietsend op de Vuurlijn verblijven belangrijk dat u deze laatste kans om uw mening te geven niet voorbij laat gaan!