U, de petitionaris

Nieuws

donderdag 8 augustus 2019 19:30 uur informatiebijeenkomst / Donnerstag 8. August 2019 19:30 Uhr Informationsveranstaltung

Geachte dames en heren, Sehr geehrte Damen und Herren,

Op donderdag 8 augustus 2019 19.30 uur wordt een informatiebijeenkomst georganiseerd in het gemeentehuis, Voorstraat 31, Wissenkerke, over de "Repowering Jacobahaven". Wie tegen dit project is, moet van de gelegenheid gebruik maken om persoonlijk bezwaar aan te tekenen. Wij zullen ook ter plaatse zijn!

Uw schriftelijke zienswijze kunt u sturen aan het college van burgemeester en wethouders van Noord-Beveland, Postbus 3, 4490 AA Wissenkerke met onderwerp = het ontwerpbestemmingsplan planidentificatienummer NL.IMRO.1695.BPWindparkJacobahv-ON01

Die Gemeinde veranstaltet am Donnerstag, 8. August 2019 um 19:30 Uhr eine Informationsveranstaltung zum "Repowering Jacobahaven". Jeder, der gegen dieses Projekt ist, sollte die Gelegenheit nutzen und seine Einwände dort persönlich vorbringen. Wir werden auch vor Ort sein!

Wichtig ist auch, dass Sie bei der Gemeinde bis spätestens zum 14.08.2019 eine schriftliche Beschwerde einreichen. Die Adresse lautet: an het college van burgemeester en wethouders van Noord-Beveland, Postbus 3, 4490 AA Wissenkerke, Nederland mit Betreff (Wichtig!) = het ontwerpbestemmingsplan planidentificatienummer NL.IMRO.1695.BPWindparkJacobahv-ON01 (Fax: +31 113 377 300). Bitte auf Niederländisch einreichen (- auf Deutsch verfassen und z.B. mit deepl.comübersetzen).

De belangrijkste informatie over het project uit de toepassing Dit zijn alle citaten uit de documenten die door e-connection zijn voorgelegd / Opmerkingen & aanvullingen zijn ophet Website "red het Banjaardstrand" blauw gemarkeerd!

Die wichtigsten Informationen zu dem Projekt aus dem Antrag (Dies sind alles Zitate aus den eingereichten Dokumenten von e-connection / Kommentare & Ergänzungen sind auf der Website "Rettet den Banjaardstrand" blau gekennzeichnet)

De bouwkosten (windturbines en civiele werkzaamheden) worden op dit moment geschat op circa € 8.811.000,-

Die Baukosten (Windkraftanlagen und Tiefbauarbeiten) werden derzeit auf ca. 8.811.000 € geschätzt.

Bestemmingsplan Citaat „verordening ruimte provincie Zeeland" (augustus 2012!) - Bestemmingsplan Noord-Beveland = augustus 2013! "Art. 2.4 In dit artikel worden regels gegeven voor windturbines. Die mogen worden geplaatst binnen op kaart 3 aangegeven locaties. De kaart bevat overigens geen exacte begrenzing van de locaties. Er zijn slechts 'stippen' op de kaart aangegeven. Gemeenten mogen de locaties zelf in hun bestemmingsplannen begrenzen. Het beleidsdoel is hoge windturbines alleen toe te laten binnen begrensde locaties en niet overal in het landelijk gebied (aantasting landschap door verspreide ontwikkeling voorkomen). Kleinere turbines (tot 20 meter hoog) mogen gemeenten ook elders toelaten.“

In de regels van de provincie wordt uitdrukkelijk verwezen naar de mogelijkheid voor de gemeente om haar activiteiten individueel vorm te geven. Het besluit van de provincie dateert van augustus 2012 - het bestemmingsplan van de gemeente werd in augustus 2013 opgesteld. Het is dan ook oneerlijk waarom er nu een ontheffing zou moeten worden verleend!

In het Bestemmingsplan is zelfs de ashoogte beperkt tot maximaal 82 meter! - Bron: "Bestemmingsplan Landelijk Gebied, Regels" "16.2 Bouwregels De gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels: a. de ashoogte van windturbines bedraagt maximaal 82 meter; b. de bouwhoogte van overige voorzieningen bedraagt maximaal 3 meter; c. de capaciteit per windturbine bedraagt maximaal 3 MegaWatt, met dien verstande dat de gezamenlijke capaciteit per windpark maximaal 14,9 MegaWatt bedraagt."

Daarom moet er een uitzondering worden gemaakt - wij verdedigen ons hiertegen!

Bestemmingsplan / Flächennutzungsplan Zitat " verordening ruimte provincie Zeeland" (August 2012!) - Bebauungsplan Noord-Beveland = August 2013! "Art. 2.4 In diesem Artikel werden Regeln für Windkraftanlagen gegeben. Diese können in folgenden Bereichen platziert werden: auf der Karte 3 angegebene Standorte. Die Karte enthält keine genaue Grenze der Standorte. Es gibt nur "Punkte" auf der Karte. Die Gemeinden dürfen die Standorte selbst in ihren Bebauungsplänen bestimmen. Das politische Ziel ist es, nur die Nutzung hoher Windturbinen durch die Betreiber zuzulassen innerhalb enger Grenzen und nicht überall im ländlichen Raum (Landschaftsschäden durch verstreute Standorte). (z.B. durch weitreichende Entwicklung). Kleinere Turbinen (bis zu 20 Meter hoch) können die Gemeinden auch anderswo erlauben."

Die Bestimmungen der Provinz verweisen ausdrücklich auf die individuelle Gestaltungsmöglichkeit der Gemeinde. Der Beschluss der Provinz stammt vom August 2012 - der Flächennutzungsplan der Gemeinde wurde im August 2013 erstellt. Wieso dann jetzt eine Ausnahmegenehmigung erteilt werden soll, ist unredlich!

Im Bestemingplan (entspricht dem deutschen Flächennutzungsplan) wird sogar die Masthöhe auf maximal 82 Meter begrenzt! - Quelle: "Bestemmingsplan Landelijk Gebied, Regels":

"16.2 Bauvorschriften Für die Gebäude und Anlagen müssen folgende Regeln eingehalten werden: a. Die maximale Masthöhe von Windkraftanlagen beträgt 82 Meter; b. Die maximale Bauhöhe anderer Einrichtungen beträgt 3 Meter; c. die maximale Leistung pro Windturbine beträgt 3 MegaWatt, mit der Maßgabe, dass die kombinierte Kapazität pro Windpark 14,9 Megawatt nicht übersteigt."

Daher muss eine Ausnahmegenehmigung erteilt werden – gegen diese wehren wir uns!

Geluid / Lärm geluidsbelasting in de nieuwe situatie Die Lärmkarte der neuen Turbinen

Cumulatieve geluidsbelasting na realisatie van de nieuwe windturbines (Lcum) In het MER is onderzocht wat de verandering wordt van het akoestische klimaat in het plangebied als gevolg van de nieuwe windturbineopstelling. Dit is gedaan door aan de hand van de methode Miedema alle relevante geluidsbronnen bij elkaar op te tellen en te vergelijken met de nieuwe situatie, zie figuur 5.2. Op basis van de methode Miedema wordt het huidige akoestische klimaat als zeer slecht beoordeeld. De nieuwe windturbines brengen daar qua geluidsbelasting geen verandering in.

Kumulative Lärmbelastung nach dem Bau der neuen Windkraftanlagen (Lcum) Das MER untersuchte die Veränderung des akustischen Klimas im Planungsgebiet als Folge der neuen Aufstellung der Windturbinen. Dies geschah durch die Verwendung der Miedema-Methode, um alle relevanten Lärmquellen zu addieren und mit der neuen Situation zu vergleichen, siehe Bild 5.2. Basierend auf der Miedema-Methode wird das aktuelle akustische Klima als sehr schlecht bewertet. Daran ändern die neuen Windkraftanlagen nichts in Bezug auf den Geräuschpegel. geluidscontouren cumulatatieve geluidsbelasting

De geluidsbelasting van recreatiewoningen in het park de Banjaard en de camping Anna Friso is eveneens hoog. Recreatiewoningen en campings hoeven echter formeel niet aan geluidsnormen getoetst te worden. Gezien de hoge belasting beveelt de Commissie aan te onderzoeken of hier (toch) verbeteringen mogelijk zijn. Deze informatie kan dan nog een rol spelen bij afwegingen over dit deelproject.

Auch die Lärmpegel der Ferienhäuser im Banjaard-Park und auf dem Campingplatz Anna Friso sind hoch. Freizeithäuser und Campingplätze müssen jedoch nicht formell nach Lärmstandards geprüft werden. Angesichts des hohen Belastungniveaus empfiehlt die Kommission zu prüfen, ob in diesem Bereich Verbesserungen vorgenommen werden können oder nicht. Diese Informationen könnten dann bei der Betrachtung dieses Teilprojekts eine Rolle spielen.

Slagschaduw / Schlagschatten

Bij de normstelling ten aanzien van schaduwwerking wordt aangesloten bij de Activiteitenregeling. In de Activiteitenregeling is voorgeschreven dat een windturbine moet zijn voorzien van een automatische stilstandvoorziening indien de afstand tussen de windturbine(s) en woningen of andere slagschaduwgevoelige objecten minder dan 12x de rotordiameter bedraagt en indien de gemiddelde schaduw meer dan 17 dagen per jaar gedurende meer dan 20 minuten valt op een raam van een gevoelig object. Dit is vertaald in een toetswaarde voor de maximale schaduwduur van 6 uur per jaar. Een dergelijke norm kan met een contour in een kaartbeeld worden weergegeven. De mate van slagschaduwhinder wordt in de Activiteitenregeling voorts enkel genormeerd voor geluidsgevoelige objecten. Recreatiewoningen, kampeerterreinen en de delen van het plangebied die in gebruik zijn voor de teelt van zeewier zijn geen geluidsgevoelige objecten.

Die Normen für Schattenwirkungen sind an die Aktivitätsverordnung angepasst. Die Aktivitätsverordnung schreibt vor, dass eine Windturbine mit einer automatischen Abschaltvorrichtung ausgestattet sein muss, wenn der Abstand zwischen der(n) Windturbine(n) und Häusern oder anderen Gegenständen, die empfindlich auf Schlagschatten reagieren, weniger als das Zwölffache des Rotordurchmessers beträgt und wenn der durchschnittliche Schatten mehr als 20 Minuten lang für mehr als 17 Tage pro Jahr auf ein Fenster eines empfindlichen Objekts fällt. Dies wird in einen Testwert für die maximale Schattendauer von 6 Stunden pro Jahr umgesetzt. Ein solcher Standard kann durch eine Kontur in einem Kartenbild dargestellt werden. Der Grad der Schlagschattenbelästigung ist nur für geräuschempfindliche Objekte in der Aktivitätskontrolle normiert. Ferienhäuser, Campingplätze und die für den Algenanbau genutzten Teile des Plangebietes sind keine lärmsensiblen Objekte.

slagschaduw in de nieuwe situatie Schlagschatten in der neuen Situation – die gelbe Linie gibt die Grenze vor, in deren Schlagschatten von mehr als 6 Stunden auftreten kann

Slagschaduw / Schlagschatten Het aantal slagschaduwuren in de nieuwe situatie is hoger dan in de bestaande situatie. Bij de uiteindelijke selectie van het nieuwe turbinetype moet een nieuwe stilstandsregeling bepaald worden.

Die Anzahl der Schlagschattenstunden in der neuen Situation ist höher als in der bestehenden Situation. Bei der Endauswahl des neuen Turbinentyps muss eine neue Stillstandsregelung festgelegt werden.

Natuurgebieden / Naturschutzgebiete Het project bevindt zich tussen twee beschermde natuurgebieden (Voordelta en Ooster-schelde). Uit het MER blijkt dat het project negatieve effecten heeft op beschermde soorten zoals meeuwen, steltlopers, vleermuizen en zeehonden. Ook is aangegeven dat sommige in-formatie over de gevolgen voor de natuur nog ontbreekt, zoals over vogel- en vleermuisaan-tallen. Maatregelen om effecten te beperken, zoals tijdelijk stilzetten van turbines, zijn vol-gens het MER vanwege kennisleemtes in ieder geval (voorlopig) nog nodig om slachtoffers onder vleermuizen te beperken. ...Uit voorzorg wordt daarom voorlopig ge-werkt met een stilstandvoorziening in de periode januari – augustus

Das Projekt liegt zwischen zwei Naturschutzgebieten (Voordelta und Oosterschelde). Die MER zeigt, dass das Projekt negative Auswirkungen auf geschützte Arten wie Möwen, Watvögel, Fledermäuse und Robben hat. Es wurde auch darauf hingewiesen, dass einige Informationen über die Folgen für die Natur noch fehlen, wie z.B. über Vogel- und Fledermauszahlen. Maßnahmen zur Begrenzung der Auswirkungen, wie z.B. die vorübergehende Abschaltung von Turbinen, sind nach der MER aufgrund von Wissenslücken zur Begrenzung der Opferzahlen bei Fledermäusen ohnehin (vorerst) noch erforderlich. ...Vorsichtshalber werden daher im Zeitraum Januar - August vorsorglich Stillstandseinrichtungen eingesetzt

**resultaat / Fazit: Door extra stilstandstijden voor de bescherming van de natuur (vleermuizen, etc.) en om te beschermen tegen nog meer schaduwen, wordt de efficiëntie van de installatie echter verminderd! Zonder subsidies geloven wij niet dat de investering economisch verantwoord is.

Daarom is de locatie niet geschikt volgens de beschikbare feiten.

Durch zusätzliche Stillstandzeiten zum Schutz der Natur (Fledermäuse, etc.) und zum Schutz vor noch mehr Schlagschatten, verringern aber die Effizienz der Anlage! Ohne Subventionen ist die Anlage unserer Einschätzung nach nicht wirtschaftlich.

Somit ist der Standort nach den vorliegenden Fakten ungeeignet.**

Bewaar het Banjaardstrand bij ons en dien een schriftelijke zienswijze in! Bitte retten Sie gemeinsam mit uns den Banjaardstrand und reichen Sie eine schriftliche Beschwerde auf niederländisch (z.B. übersetzt durch ein Online-Übersetzer wie deepl.com) ein!

Hartelijk dank! Anke Urban / Petitionaries - Initiatief "Red het Banjaardstrand"

Vielen Dank! Anke Urban / Petitionaries - Initiative "Rettet den Banjaardstrand"

Premium artikel in AD/Haagsche Courant

Kan één klagende buurman een café waar muziek wordt gemaakt te gronde richten? Ja, zegt (...) lees verder.

Het VN-verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap (Wij Staan Op)

Hoe werkt het IVRPH?

Het VN-verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap is op 14 juli 2016 in Nederland in werking getreden. Het verdrag wordt officieel afgekort als het IVRPH (waarbij de I van internationaal komt) of het VN-verdrag Handicap.

+Lees meer...

Maar, hoe werkt zo’n verdrag, en wat betekent dat voor de regels in Nederland? Op deze pagina leggen we je stap voor stap uit hoe het verdrag in Nederland werkt. Dit geeft een juridisch kader, en gaat dus niet in op de inhoud van het verdrag.

Leer meer via deze link

Hopelijk komt de zorg weer in goede handen ..........

De kosten zijn hoog., de mensen worden ouder., de zorg is uitgebreider.........ja gelukkig wel maar houd het gezellig & betaalbaar en maak de zorg weer menselijk !!!.

20-06-2019 | Petitie Nationaal Zorgfonds

Een keuze hebben we niet gehad van onze gemeente.

De keuze lag al vast................Almere op de kaart zetten met een dure Foriade..en de burgers laten opdraven voor info avonden zonder invloed......, wel een kabelbaantje erbij denk ik .....het kan niet op. Hopelijk steunen ze Haddock , en alle andere gedupeerde ondernemers ook zo net zo als de Floriade..

fiets me gek......

Helaas door alle omwegen en omleidingen is fietsen in de FIETS STAD ALMERE .er nog niet leuker op geworden en vanuit Haven naar Stad is moeilijker , steiler en langer........voorlopig ook geen verbeteringen op dat gebied en de Floriad staat op nr. 1 bij de gemeente dus al het er niet veel beter op worden denk ik ..

brief aan de minister!

Hooggeachte minister B. Bruins, Januari 2017 is er door mij een petitie gestart naar aanleiding van het voornemen tot het bijstellen/actualiseren van de Beroepsprofielen Verpleegkundige en het navolgend onderscheid tussen MBO en HBO verpleegkundigen.

+Lees meer...

Hierbij zou vanuit dit voornemen de voorloper van het HBO (de HBO-V), de Inservice Opleiding, degraderen naar een MBO-niveau. In een korte periode is deze door velen getekend. 30 mei 2017 is de petitie overhandigd aan Kamerleden die zitting hebben in de Vaste Kamer Commissie Zorg van de 2e Kamer. Op 19 juni 2017 is de petitie aangebonden aan de 2e Tweede Kamer Commissie. De petitie is geagendeerd in het overleg van de Vaste Kamer Commissie Zorg waarbij u en uw collega De Jonge beiden aanwezig waren. Zoals u heeft kunnen vernemen via briefwisselingen en reacties “uit het veld” middels een onder andere door VWS geïnitieerde internet consultatie viel en valt deze degradatie helemaal verkeerd bij de doelgroep inservice Opgeleide Verpleegkundigen werkzaam in verschillende sectoren van de gezondheidszorg. Dit ongenoegen wordt duidelijk kenbaar gemaakt door de ondertekening van de petitie door ruim 26.500 verpleegkundigen, zorgmedewerkers die zoals u en uw ministerie aangeeft, hard nodig zijn om de zorg in stand te houden. Dit ongenoegen uit zich ook in het recent starten van twee andere petities, momenteel ondertekend door zo’n 14.000 collega’s die zich niet gehoord voelen en zich niet vertegenwoordigd voelen door de VenVN, die als beroepsvereniging belangenbehartiger zou moeten zijn van onder andere de doelgroep Inservice opgeleide verpleegkundige. Zoals eerder aangegeven in gesprekken met de directie van VenVN en met medewerkers van uw ministerie, en aantoonbaar door de reacties van de doelgroep, is er zeker geen belangenbehartiging door VenVN geweest. Het verbaast ons dan ook ten zeerste dat er door VenVN een advies is gegeven voordien, en tijdens de consultatieronde van de commissie Meurs, waarin de doelgroep Inservice opgeleide verpleegkundige zich zou vinden. Anderzijds verbaast het ons ook niet, kijkende naar de bewegingen en advisering van VenVN naar Zorgverzekeraar Nederland in relatie tot het issue “indiceren”. Ik kom hier op terug. Ik heb als petitiestarter met een aantal collega’s gebruik gemaakt van de consultatieronde commissie Meurs. Gedurende de consultatie is er mijn inziens constructief en inventariserend gesproken over het Beroepsprofiel Verpleegkundige en de positie van de doelgroep inservice opgeleide verpleegkundige hierin. Ook is er door ons aangegeven hoe en met welk format het Beroepsprofiel Verpleegkundige vorm gegeven kan worden voor alle mbo, inservice opgeleide en hbo-v verpleegkundigen en waarbij ook recht wordt gedaan aan de diverse geledingen op grond van achter-/onderliggende juridische grondbeginselen. Het bijgevoegde document Schema Beroepsontwikkeling en het Bespreekdocument Commissie Meurs (07 november 2018) geeft hier inzicht in. De initiatiefgroep heeft contact gezocht met de beroepsvereniging VenVN als belangenvertegenwoordiger van alle geregistreerde verpleegkundigen, omdat de indruk bestaat dat de belangen van de Inservice Opgeleide Verpleegkundige niet op een juiste wijze door VenVN worden behartigd. Het betreft de behandeling van het dossier waarbij er uitsluitend vanuit een Hbo-V perspectief naar de materie van beroepsprofielen wordt gekeken en voorbij gegaan wordt aan het bestaan van de positie van de Inservice verpleegkundige en de positionering van deze professional met een aantoonbaar HBO-niveau. Een opgestelde tijdlijn van het beroep Verpleegkundige met een onderbouwing en bekrachtiging door erkende documenten bevestigen dit. Uw brief van 06 juni 2019 aan de leden de 2e kamer lezende waarin u een overgangsregeling voorstelt die gebaseerd is op het advies ven de commissie Meurs, met de nu bekende uitkomst, zet mij aan het denken. Waarom is er een consultatieronde geweest als er bij voorbaat een lijn gekozen zou worden waarin voorbij gegaan zou worden aan alle gegrond ingebrachte argumenten door een vertegenwoordiging van een doelgroep van ruim 26.500 zorgmedewerkers die met ziel en energie hun prachtige beroep uitoefenen. Deze gegronde argumenten vormen een basis voor een op een juiste wijze invulling geven van een nieuw Beroepsprofiel Verpleegkundige 2020. Uw beleidslijn staat hier haaks op en minacht de opleidingen, werkervaring en vervolgstudies die verpleegkundigen in hun rugzak hebben. Er wordt met betrekking tot de inservice opgeleide verpleegkundige voorbijgegaan aan een juridisch grondbeginsel van de commissie BIG uit 1988, waarin deze als HBO/1e deskundigheidsniveau betiteld is. Ook het format om te komen tot een functiedifferentiatie met als doel het creëren van de “nieuwe” functie van Regieverpleegkundige heeft geen onderbouwing van het en met het werkveld. Het is geen afspiegeling van de praktijk, hoe het er daadwerkelijk aan toe gaat. De nieuwe te creëren functie Regieverpleegkundige is een bedenksel van VenVN, doet geen recht aan diegenen die al jaar en dag deze “coördinerende” functie uitoefenen, intraals extramuraal. In een tijdslijn van functiebenamingen komen we deze zorgfunctionaris in de historie tegen met de omschrijvingen “teamleider” of “1everpleegkundige”. Ook hier verwijzen wij naar de brief aan uw ministerie c.q. aan u van 06 juni 2019. Zoals beschreven heb ik met collega’s als petitiegroep op meerdere momenten en bij diverse gremia aangegeven als vertegenwoordiging van een grote doelgroep van 26.500 verontruste en betrokken zorgmedewerkers deelname te willen hebben in de regiegroep die het Ministerie adviseert ten aanzien van het ontwerp van de verpleegkundige beroepsprofielen. Er bestond al het vermoeden dat er te eenzijdig en vanuit een tunnelvisie gekeken en geadviseerd zou worden. Dat vermoeden werd enigszins bevestigd door gesprekken met VenVN, directie VWS en de vakbond NU91. Daarbij waren er signalen dat een functiehuis met een brede “lage” horizontale FWG inschaling, gelet op de kosten in de zorg, een onderdeel zou zijn van de inbreng door de werkgevers. Dit is door ons tijdens diverse gesprekken ter tafel gebracht [bijlage verslag VWS met onze kanttekeningen] Het lijkt erop dat al onze vermoedens bewaarheid worden. Zoals aangegeven in onze brief aan u van 06 juni 2018 staat de initiatiefgroep als vertegenwoordiging van de doelgroep inservice opgeleide verpleegkundigen achter een initiatief om het beroep van verpleegkundige verder te professionaliseren en hiermee voorbereid te zijn op veranderingen in de maatschappij, de intramurale en extramurale zorgvraag, en een transitie van zorg van eerste naar tweedelijns zorg met de daaraan gerelateerde expliciet geïndiceerde zorgverlening en kostenbeheersing. Een verdere differentiatie binnen het functiehuis maakt hier onderdeel uit. Wat nu geconcludeerd kan worden is dat een grote groep verpleegkundigen door het advies van de commissie Meurs en het navolgende besluit door u is beledigd. Daar waar men erkende (vervolg-)opleidingen en specialisaties gevolgd heeft, (vervolg-)studies heeft gedaan op HBO of WO niveau, zich bekwaam en bevoegd heeft gehouden, functie heeft of heeft vervuld als manager, coördinerende, regiehouder, casemanager of anderzijds die vallen onder de competenties van een opleiding hbo-v, worden nu weggezet als middelklasse en voldoen niet meer aan het niveau door u geschetste profiel. Ik ga niet meer in op de eerder in de brief van 06 juni 2018 genoemde argumenten voor een erkenning van de Hbo status. Deze zijn genoeglijk aangegeven en door u gelezen. Bij het 1e deskundigheidsniveau is de Inservice Opleiding gelijkgesteld aan de HBOV. Zoals eerder aangegeven is door onduidelijke en onjuiste redenen met een verloop van jaren, waarbij het beroep Verpleegkundige evolueerde, de Inservice Opleiding gedevalueerd naar een MBO niveau. (brief 06 juni 2019) Dit staat haaks op een uitspraak van de directie van VenVN in een overleg met de initiatiefgroep in november 2017 waarin zij aangeeft dat de Inservice Opleiding zeker per deelgebied HBO-niveau is. Parallel hieraan en in relatie hiermee kwam ook het accorderen van een zorgindicatie binnen de wijkverpleging ter sprake. Door de initiatiefgroep is contact geweest met diverse instanties, onder andere Zorgverzekeraars, met de vraag waar en door wie er besloten en bekrachtigd is dat uitsluitend HBO-V’ers een indicatie mogen onder-/aftekenen terwijl de intake en de uitwerking van de indicatie door niet-HBO-V’ers gedaan kan/mag worden. Geen van de gecontacteerde instanties kon ons dat vertellen. Ook VenVN heeft deze exercitie gedaan en ook zij hebben niet kunnen achterhalen door wie en waar dit ontstaan is. VenVN en de initiatiefgroep komen tot de voorlopige conclusie dat iemand ergens iets heeft geroepen en dat anderen dit tot zich genomen hebben. Vanuit de praktijk bezien is dit laatste een voorbeeld van beleid wat geen beargumenteerde onderbouwing heeft. Een mailwisseling hierover is als bijlage toegevoegd. (bijlage mail VenVN) U geeft aan dat een net afgestudeerde hbo-v verpleegkundige REGIEVERPLEEGKUNDIGE kan zijn, echter zij hebben nog lang geen klinische blik, geen ervaring etc etc. Het wrange is dat deze net afgestudeerde of in opleiding zijnde HBO-verpleegkundigen het vak geleerd krijgen op de werkvloer van de zeer ervaren en zeer geschoolde inservice-verpeegkundigen. (en tevens van MBO- HBO verpleegkundigen van vóór 2012). Ons inziens leidt uw besluit en deze route van beroepsprofilering naar nog meer onrust, boosheid, onduidelijkheid en in de praktijk, daar waar nu afdelingen nog voor 90-95% uit inservice opgeleide verpleegkundigen bestaan, naar onwerkbare situaties. De vraag in deze werkomgeving is eerder gesteld; “wie gaat/mag wat doen c.q. wie is waar verantwoordelijk voor”. Zeker op gespecialiseerde afdelingen is het niet werkbaar om met “regieverpleegkundigen” te werken, daar alle verpleegkundigen op een gespecialiseerde afdeling ook speciaal geschoold zijn volgens een zelfde vervolgopleiding waardoor de verschillen die in basis aanwezig zijn tussen MBO en Inservice/HBO totaal weggevallen zijn. Dit is eveneens uitgelegd aan Commissie Meurs, zij gaven aan niet te weten dat dit de praktijk was. Dat op zich is al heel zorgelijk te noemen natuurlijk! U en uw collega De Jonge stellen zich op het standpunt dat de zorg kwalitatief goed moet zijn, dat er goede en juiste zorg geleverd moet en gaat worden, dat medewerkers een goed gevoel en gemotiveerd moeten blijven, enthousiast moeten blijven juist nu waar er een groot tekort is. Uw besluit en lijn werken tegendraads, er zal een uitloop zijn met een grote groep gedemotiveerde verpleegkundigen. Wij stellen ons constructief op waarbij er onderbouwde aandacht is voor de opzet van een Wetsvoorstel, de invoering ervan, en de werkbaarheid in de budgettering c.q. financiering. Gelet op de momentele onrust, de zorgen die er rondom de Verpleegkundige Beroepsprofielen en ontwikkelingen zijn zouden wij graag op korte termijn een overleg met u persoonlijk hebben om inhoudelijk met u van gedachten te wisselen en onze argumenten en oplossing toe te lichten. Hoogachtend namens de initiatiefgroep en een achterban van 26.500 verpleegkundigen

AT5: Terassenplan vastgesteld

Stadsdeel Zuid heeft ingestemd met een terrassenplan voor de Pijp. Hierin wordt duidelijk dat er niet meer, maar zeker ook niet minder terrassen op het Gerard Douplein komen.

Het plan lag al klaar, maar moest nog worden aangenomen door het Stadsdeel.

+Lees meer...

In het terrassenplan wordt duidelijk dat op het Gerard Douplein en in de Gerard Doustraat, Daniël Stalpertstraat en Eerste van der Helststraat de (...) lees verder