Geachte dames en heren, Sehr geehrte Damen und Herren,
Op donderdag 8 augustus 2019 19.30 uur wordt een informatiebijeenkomst georganiseerd in het gemeentehuis, Voorstraat 31, Wissenkerke, over de "Repowering Jacobahaven". Wie tegen dit project is, moet van de gelegenheid gebruik maken om persoonlijk bezwaar aan te tekenen. Wij zullen ook ter plaatse zijn!
Uw schriftelijke zienswijze kunt u sturen aan het college van burgemeester en wethouders van Noord-Beveland, Postbus 3, 4490 AA Wissenkerke met onderwerp = het ontwerpbestemmingsplan planidentificatienummer NL.IMRO.1695.BPWindparkJacobahv-ON01
Die Gemeinde veranstaltet am Donnerstag, 8. August 2019 um 19:30 Uhr eine Informationsveranstaltung zum "Repowering Jacobahaven". Jeder, der gegen dieses Projekt ist, sollte die Gelegenheit nutzen und seine Einwände dort persönlich vorbringen. Wir werden auch vor Ort sein!
Wichtig ist auch, dass Sie bei der Gemeinde bis spätestens zum 14.08.2019 eine schriftliche Beschwerde einreichen. Die Adresse lautet: an het college van burgemeester en wethouders van Noord-Beveland, Postbus 3, 4490 AA Wissenkerke, Nederland mit Betreff (Wichtig!) = het ontwerpbestemmingsplan planidentificatienummer NL.IMRO.1695.BPWindparkJacobahv-ON01 (Fax: +31 113 377 300). Bitte auf Niederländisch einreichen (- auf Deutsch verfassen und z.B. mit deepl.comübersetzen).
De belangrijkste informatie over het project uit de toepassing Dit zijn alle citaten uit de documenten die door e-connection zijn voorgelegd / Opmerkingen & aanvullingen zijn ophet Website "red het Banjaardstrand" blauw gemarkeerd!
Die wichtigsten Informationen zu dem Projekt aus dem Antrag (Dies sind alles Zitate aus den eingereichten Dokumenten von e-connection / Kommentare & Ergänzungen sind auf der Website "Rettet den Banjaardstrand" blau gekennzeichnet)
De bouwkosten (windturbines en civiele werkzaamheden) worden op dit moment geschat op circa € 8.811.000,-
Die Baukosten (Windkraftanlagen und Tiefbauarbeiten) werden derzeit auf ca. 8.811.000 € geschätzt.
Bestemmingsplan Citaat „verordening ruimte provincie Zeeland" (augustus 2012!) - Bestemmingsplan Noord-Beveland = augustus 2013! "Art. 2.4 In dit artikel worden regels gegeven voor windturbines. Die mogen worden geplaatst binnen op kaart 3 aangegeven locaties. De kaart bevat overigens geen exacte begrenzing van de locaties. Er zijn slechts 'stippen' op de kaart aangegeven. Gemeenten mogen de locaties zelf in hun bestemmingsplannen begrenzen. Het beleidsdoel is hoge windturbines alleen toe te laten binnen begrensde locaties en niet overal in het landelijk gebied (aantasting landschap door verspreide ontwikkeling voorkomen). Kleinere turbines (tot 20 meter hoog) mogen gemeenten ook elders toelaten.“
In de regels van de provincie wordt uitdrukkelijk verwezen naar de mogelijkheid voor de gemeente om haar activiteiten individueel vorm te geven. Het besluit van de provincie dateert van augustus 2012 - het bestemmingsplan van de gemeente werd in augustus 2013 opgesteld. Het is dan ook oneerlijk waarom er nu een ontheffing zou moeten worden verleend!
In het Bestemmingsplan is zelfs de ashoogte beperkt tot maximaal 82 meter! - Bron: "Bestemmingsplan Landelijk Gebied, Regels" "16.2 Bouwregels De gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels: a. de ashoogte van windturbines bedraagt maximaal 82 meter; b. de bouwhoogte van overige voorzieningen bedraagt maximaal 3 meter; c. de capaciteit per windturbine bedraagt maximaal 3 MegaWatt, met dien verstande dat de gezamenlijke capaciteit per windpark maximaal 14,9 MegaWatt bedraagt."
Daarom moet er een uitzondering worden gemaakt - wij verdedigen ons hiertegen!
Bestemmingsplan / Flächennutzungsplan Zitat " verordening ruimte provincie Zeeland" (August 2012!) - Bebauungsplan Noord-Beveland = August 2013! "Art. 2.4 In diesem Artikel werden Regeln für Windkraftanlagen gegeben. Diese können in folgenden Bereichen platziert werden: auf der Karte 3 angegebene Standorte. Die Karte enthält keine genaue Grenze der Standorte. Es gibt nur "Punkte" auf der Karte. Die Gemeinden dürfen die Standorte selbst in ihren Bebauungsplänen bestimmen. Das politische Ziel ist es, nur die Nutzung hoher Windturbinen durch die Betreiber zuzulassen innerhalb enger Grenzen und nicht überall im ländlichen Raum (Landschaftsschäden durch verstreute Standorte). (z.B. durch weitreichende Entwicklung). Kleinere Turbinen (bis zu 20 Meter hoch) können die Gemeinden auch anderswo erlauben."
Die Bestimmungen der Provinz verweisen ausdrücklich auf die individuelle Gestaltungsmöglichkeit der Gemeinde. Der Beschluss der Provinz stammt vom August 2012 - der Flächennutzungsplan der Gemeinde wurde im August 2013 erstellt. Wieso dann jetzt eine Ausnahmegenehmigung erteilt werden soll, ist unredlich!
Im Bestemingplan (entspricht dem deutschen Flächennutzungsplan) wird sogar die Masthöhe auf maximal 82 Meter begrenzt! - Quelle: "Bestemmingsplan Landelijk Gebied, Regels":
"16.2 Bauvorschriften Für die Gebäude und Anlagen müssen folgende Regeln eingehalten werden: a. Die maximale Masthöhe von Windkraftanlagen beträgt 82 Meter; b. Die maximale Bauhöhe anderer Einrichtungen beträgt 3 Meter; c. die maximale Leistung pro Windturbine beträgt 3 MegaWatt, mit der Maßgabe, dass die kombinierte Kapazität pro Windpark 14,9 Megawatt nicht übersteigt."
Daher muss eine Ausnahmegenehmigung erteilt werden – gegen diese wehren wir uns!
Geluid / Lärm
Die Lärmkarte der neuen Turbinen
Cumulatieve geluidsbelasting na realisatie van de nieuwe windturbines (Lcum) In het MER is onderzocht wat de verandering wordt van het akoestische klimaat in het plangebied als gevolg van de nieuwe windturbineopstelling. Dit is gedaan door aan de hand van de methode Miedema alle relevante geluidsbronnen bij elkaar op te tellen en te vergelijken met de nieuwe situatie, zie figuur 5.2. Op basis van de methode Miedema wordt het huidige akoestische klimaat als zeer slecht beoordeeld. De nieuwe windturbines brengen daar qua geluidsbelasting geen verandering in.
Kumulative Lärmbelastung nach dem Bau der neuen Windkraftanlagen (Lcum)
Das MER untersuchte die Veränderung des akustischen Klimas im Planungsgebiet als Folge der neuen Aufstellung der Windturbinen. Dies geschah durch die Verwendung der Miedema-Methode, um alle relevanten Lärmquellen zu addieren und mit der neuen Situation zu vergleichen, siehe Bild 5.2. Basierend auf der Miedema-Methode wird das aktuelle akustische Klima als sehr schlecht bewertet. Daran ändern die neuen Windkraftanlagen nichts in Bezug auf den Geräuschpegel.
De geluidsbelasting van recreatiewoningen in het park de Banjaard en de camping Anna Friso is eveneens hoog. Recreatiewoningen en campings hoeven echter formeel niet aan geluidsnormen getoetst te worden. Gezien de hoge belasting beveelt de Commissie aan te onderzoeken of hier (toch) verbeteringen mogelijk zijn. Deze informatie kan dan nog een rol spelen bij afwegingen over dit deelproject.
Auch die Lärmpegel der Ferienhäuser im Banjaard-Park und auf dem Campingplatz Anna Friso sind hoch. Freizeithäuser und Campingplätze müssen jedoch nicht formell nach Lärmstandards geprüft werden. Angesichts des hohen Belastungniveaus empfiehlt die Kommission zu prüfen, ob in diesem Bereich Verbesserungen vorgenommen werden können oder nicht. Diese Informationen könnten dann bei der Betrachtung dieses Teilprojekts eine Rolle spielen.
Slagschaduw / Schlagschatten
Bij de normstelling ten aanzien van schaduwwerking wordt aangesloten bij de Activiteitenregeling. In de Activiteitenregeling is voorgeschreven dat een windturbine moet zijn voorzien van een automatische stilstandvoorziening indien de afstand tussen de windturbine(s) en woningen of andere slagschaduwgevoelige objecten minder dan 12x de rotordiameter bedraagt en indien de gemiddelde schaduw meer dan 17 dagen per jaar gedurende meer dan 20 minuten valt op een raam van een gevoelig object. Dit is vertaald in een toetswaarde voor de maximale schaduwduur van 6 uur per jaar. Een dergelijke norm kan met een contour in een kaartbeeld worden weergegeven. De mate van slagschaduwhinder wordt in de Activiteitenregeling voorts enkel genormeerd voor geluidsgevoelige objecten. Recreatiewoningen, kampeerterreinen en de delen van het plangebied die in gebruik zijn voor de teelt van zeewier zijn geen geluidsgevoelige objecten.
Die Normen für Schattenwirkungen sind an die Aktivitätsverordnung angepasst. Die Aktivitätsverordnung schreibt vor, dass eine Windturbine mit einer automatischen Abschaltvorrichtung ausgestattet sein muss, wenn der Abstand zwischen der(n) Windturbine(n) und Häusern oder anderen Gegenständen, die empfindlich auf Schlagschatten reagieren, weniger als das Zwölffache des Rotordurchmessers beträgt und wenn der durchschnittliche Schatten mehr als 20 Minuten lang für mehr als 17 Tage pro Jahr auf ein Fenster eines empfindlichen Objekts fällt. Dies wird in einen Testwert für die maximale Schattendauer von 6 Stunden pro Jahr umgesetzt. Ein solcher Standard kann durch eine Kontur in einem Kartenbild dargestellt werden. Der Grad der Schlagschattenbelästigung ist nur für geräuschempfindliche Objekte in der Aktivitätskontrolle normiert. Ferienhäuser, Campingplätze und die für den Algenanbau genutzten Teile des Plangebietes sind keine lärmsensiblen Objekte.
Schlagschatten in der neuen Situation – die gelbe Linie gibt die Grenze vor, in deren Schlagschatten von mehr als 6 Stunden auftreten kann
Slagschaduw / Schlagschatten Het aantal slagschaduwuren in de nieuwe situatie is hoger dan in de bestaande situatie. Bij de uiteindelijke selectie van het nieuwe turbinetype moet een nieuwe stilstandsregeling bepaald worden.
Die Anzahl der Schlagschattenstunden in der neuen Situation ist höher als in der bestehenden Situation. Bei der Endauswahl des neuen Turbinentyps muss eine neue Stillstandsregelung festgelegt werden.
Natuurgebieden / Naturschutzgebiete Het project bevindt zich tussen twee beschermde natuurgebieden (Voordelta en Ooster-schelde). Uit het MER blijkt dat het project negatieve effecten heeft op beschermde soorten zoals meeuwen, steltlopers, vleermuizen en zeehonden. Ook is aangegeven dat sommige in-formatie over de gevolgen voor de natuur nog ontbreekt, zoals over vogel- en vleermuisaan-tallen. Maatregelen om effecten te beperken, zoals tijdelijk stilzetten van turbines, zijn vol-gens het MER vanwege kennisleemtes in ieder geval (voorlopig) nog nodig om slachtoffers onder vleermuizen te beperken. ...Uit voorzorg wordt daarom voorlopig ge-werkt met een stilstandvoorziening in de periode januari – augustus
Das Projekt liegt zwischen zwei Naturschutzgebieten (Voordelta und Oosterschelde). Die MER zeigt, dass das Projekt negative Auswirkungen auf geschützte Arten wie Möwen, Watvögel, Fledermäuse und Robben hat. Es wurde auch darauf hingewiesen, dass einige Informationen über die Folgen für die Natur noch fehlen, wie z.B. über Vogel- und Fledermauszahlen. Maßnahmen zur Begrenzung der Auswirkungen, wie z.B. die vorübergehende Abschaltung von Turbinen, sind nach der MER aufgrund von Wissenslücken zur Begrenzung der Opferzahlen bei Fledermäusen ohnehin (vorerst) noch erforderlich. ...Vorsichtshalber werden daher im Zeitraum Januar - August vorsorglich Stillstandseinrichtungen eingesetzt
**resultaat / Fazit: Door extra stilstandstijden voor de bescherming van de natuur (vleermuizen, etc.) en om te beschermen tegen nog meer schaduwen, wordt de efficiëntie van de installatie echter verminderd! Zonder subsidies geloven wij niet dat de investering economisch verantwoord is.
Daarom is de locatie niet geschikt volgens de beschikbare feiten.
Durch zusätzliche Stillstandzeiten zum Schutz der Natur (Fledermäuse, etc.) und zum Schutz vor noch mehr Schlagschatten, verringern aber die Effizienz der Anlage! Ohne Subventionen ist die Anlage unserer Einschätzung nach nicht wirtschaftlich.
Somit ist der Standort nach den vorliegenden Fakten ungeeignet.**
Bewaar het Banjaardstrand bij ons en dien een schriftelijke zienswijze in! Bitte retten Sie gemeinsam mit uns den Banjaardstrand und reichen Sie eine schriftliche Beschwerde auf niederländisch (z.B. übersetzt durch ein Online-Übersetzer wie deepl.com) ein!
Hartelijk dank! Anke Urban / Petitionaries - Initiatief "Red het Banjaardstrand"
Vielen Dank! Anke Urban / Petitionaries - Initiative "Rettet den Banjaardstrand"
In de raadsvergadering van afgelopen donderdag 11 maart is er helaas geen opvolging gegeven aan de oproep uit deze petitie om tot uitstel over te gaan m.b.t. aanleg van zonneweides. De coalitie in de gemeenteraad van Voerendaal heeft deze petitie direct naast zich neer gelegd.
Naast deze petitie werd ook geen gehoor gegeven aan een oproep tot opschorting van besluitvorming vanuit Stichting Natuurlijk Geuldal, Visit Zuid-Limburg (= de voormalige VVV) en de Cooperatie Ransdaal voor Elkaar. We willen alle petitie-ondertekenaars bedanken voor hun steun. Wij zien door de grote bereidwilligheid van mensen om tot ondertekening over te gaan, een duidelijk signaal dat mensen zich over dit onderwerp terecht zorgen maken. Des te teleurstellender was de constatering dat de coalitie van de gemeenteraad dit signaal vanuit de burgers volledig naast zich neerlegde. Wij gaan verder in onze strijd, want wij denken dat dit besluit van de gemeenteraad niet de juiste weg is. We zullen ons blijven inzetten voor een energietransitie die recht doet aan de Limburgse Zonneladder, waarbij prachtige landschappen, zoals het Heuvelland, ontzien blijven. Samen wij ons sterk maken voor het Groene Hart voor het Heuvelland.
*officiële bekendmaking 23-03-2021
Pagina 1 van 2 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000 F 070-456 1111 Ons kenmerk IENW/BSK-2021/67733 Bijlage(n)
1
Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Datum 23 maart 2021 Betreft Plan van aanpak – CBR Taskforce Examenafname
Geachte voorzitter,
Covid-19 heeft grote maatschappelijke en economische gevolgen. Dat geldt ook voor de rijschoolbranche en in het verlengde daarvan de examinering bij het CBR.
Doordat de dienstverlening in een jaar tijd tweemaal is stilgelegd als gevolg van de maatregelen die in verband met COVID-19 genomen moesten worden, is een grote voorraad aan kandidaten ontstaan die langer moeten wachten voordat zij aan de rijopleiding kunnen beginnen en voordat zij examen kunnen doen. Dit is een maatschappelijk vraagstuk dat vraagt om een gezamenlijke oplossing van alle betrokkenen.
Op 16 februari jl. (Kamerstuk 29398, nr. 899) is uw Kamer geïnformeerd over de gevolgen van het stilleggen van de dienstverlening van het CBR op de reserveringstermijnen voor examens, toetsen en rijtesten. Inmiddels kan het CBR sinds 3 maart jl. weer praktijkexamens afnemen. Op 16 maart is ook een deel van
de theorie-examens en cursussen hervat.
Voordat de eerste lockdown (15 maart – medio mei 2020) van kracht werd, gold dat alle reserveringstermijnen voor de examens binnen de afgesproken kritische prestatie-indicator (KPI) vielen. Door het stilleggen van de dienstverlening gedurende ruim 4 maanden zijn deze fors opgelopen.
Met deze brief informeer ik u over de set aan maatregelen die het CBR heeft opgesteld om de reserveringstermijnen weer binnen de normen van de afgesproken KPI te krijgen.
Zonder aanvullende maatregelen zal het bijvoorbeeld voor de praktijkexamens mogelijk tot 2026 duren voordat de situatie weer genormaliseerd is. Met de voorgestelde maatregelen is het streven voor het einde van 2022 weer binnen de afgesproken KPI voor de reserveringstermijnen van praktijkexamens te komen.
Plan van aanpak
Met de twee lockdowns gezamenlijk waren er op 3 maart, voor de gedeeltelijke hervatting van de dienstverlening, 610.000 examens en rijtesten die op enig moment ingehaald moeten worden. Dit is circa 40% van de reguliere capaciteit in een jaar. Van de 610.000 uitgestelde examen- en rijtestmomenten zijn ongeveer de helft (305.000) theorie-examens, 12.000 zijn rijtesten, en 293.000 zijn praktijkexamens. Deze omvang is dusdanig dat dit niet is op te lossen met één simpele maatregel. Daarom heeft het CBR de Taskforce Examenafname ingesteld met de opdracht een plan van aanpak te ontwikkelen. In de bijlage bij deze brief
treft u dit plan van aanpak aan.
Maatregelen
De taskforce heeft zowel maatregelen ontwikkeld die zich richten op de uitbreiding van de examencapaciteit van het CBR, als maatregelen die gericht zijn op het beheersbaar maken van de instroom aan kandidaten. De maatregelen met betrekking tot het vergroten van de examencapaciteit heeft het CBR al in werking gesteld. Dit betreft onder andere de werving van 100 extra examinatoren en het inzetten van overwerk.
De maatregelen gericht op het beheersbaar maken van de instroom zijn tot stand gekomen na een verkenning met partijen, zoals de rijschoolbranche en jongeren.
Kort gezegd is gekozen voor maatregelen die een flinke impact hebben op het terugbrengen van de reserveringstermijn, die niet ten koste gaan van de verkeersveiligheid en die uitvoerbaar zijn.
Varianten van maatregelen die niet voldeden aan deze criteria, zijn afgevallen. Een overzicht hiervan staat in de bijlage van het plan.
Het CBR wijst erop dat de gekozen maatregelen een samenhangend pakket vormen dat echt nodig is om de reserveringstermijnen zo snel als mogelijk binnen de afgesproken termijnen te brengen.
Een belangrijke maatregel om de instroom te beperken is het verhogen van de slagingspercentages: minder herexamens betekent meer capaciteit. De doelstelling die in het plan staat is dat de slaginspercentages voor alle praktijkexamens B met 10%-punt stijgen.
Elke stijging met 1%-punt vertegenwoordigt een vermindering van 8.000 examens op jaarbasis. De drempelwaarde om te besluiten aanvullende maatregelen in te zetten, is dat er eind mei minimaal een verbetering van 4%-punt van het huidige slagingspercentages van categorie B (het gemiddelde van alle B-examens ultimo 2020 lag op 50,4%) is gerealiseerd en dat er goed onderbouwde plannen van de rijschoolbranche liggen hoe het slagingspercentage in de maanden daarna verder zal stijgen tot 60%.
Deze datum is gekozen om enerzijds de branche de tijd te geven het slagingspercentage omhoog te krijgen en anderzijds het CBR in staat te stellen voldoende snel met aanvullende maatregelen te kunnen komen als dat nodig is.
Op deze wijze krijgen rijschoolhouders en leerlingen de mogelijkheid om bij te dragen aan het voorkomen van aanvullende maatregelen. Indien de slagingspercentages eind mei echter niet voldoende zijn gestegen, zijn aanvullende maatregelen nodig.
•In eerste instantie zal tijdelijk de tussentijdse toets worden geschrapt (per 1 juni 2021). Als het tijdelijk schrappen van de tussentijdse toets onvoldoende blijkt,
•dan zal tijdelijk het faalangstexamen niet
aangeboden worden.
•Mocht dit tenslotte nog onvoldoende zijn, dan wil het CBR de examenleeftijd voor de categorie B tijdelijk verhogen naar 18 jaar.
Deze maatregelen worden zoveel als mogelijk beperkt in de tijd.
Het CBR wil tevens voorkomen dat mensen door lange reserveringstermijnen in de knel komen. Daarom houdt het CBR conform bestaande coulanceregelingen ruimte beschikbaar in de examencapaciteit voor schrijnende gevallen. Ik ondersteun de voorgestelde aanpak met een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de rijschoolbranche, het CBR en kandidaten. Ik roep de branche op om alles
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Ons kenmerk IENW/BSK-2021/67733 Pagina 2 van 2 in het werk te stellen om de lage slagingspercentages in de komende periode substantieel te verhogen. Kandidaten roep ik op pas examen te doen als ze er ook echt klaar voor zijn. In dit verband wordt ook gewezen op het binnenkort te verwachten advies van de heer Roemer, dat onder meer voorstellen zal bevatten voor het structureel verhogen van de slagingspercentages op langere termijn.
Tot slot
Met dit plan van aanpak ligt er een perspectief om de opgelopen reserveringstermijnen als gevolg van het stilliggen van de dienstverlening te keren. De opgave is groot en zal dit jaar, en volgend jaar, flinke inspanningen vergen van de rijschoolbranche en het CBR.
Ik heb het CBR gevraagd mij periodiek te informeren over de ontwikkeling van de reserveringstermijnen van de examens en zal dit ook delen met uw Kamer. Het CBR verwacht in de eerste helft van april een eerste beeld te kunnen geven. De financiële gevolgen voor het CBR als gevolg van COVID-19 worden betrokken bij de voorjaarsbesluitvorming. Het CBR biedt aanvullend de Kamer aan om dit plan toe te lichten in een technische briefing in aanloop naar het nota-overleg van 19 april.
Hoogachtend, DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, drs. C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
*officiële bekendmaking 23-03-2021
Pagina 1 van 2 Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000 F 070-456 1111 Ons kenmerk IENW/BSK-2021/67733 Bijlage(n)
1
Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Datum 23 maart 2021 Betreft Plan van aanpak – CBR Taskforce Examenafname
Geachte voorzitter,
Covid-19 heeft grote maatschappelijke en economische gevolgen. Dat geldt ook voor de rijschoolbranche en in het verlengde daarvan de examinering bij het CBR.
Doordat de dienstverlening in een jaar tijd tweemaal is stilgelegd als gevolg van de maatregelen die in verband met COVID-19 genomen moesten worden, is een grote voorraad aan kandidaten ontstaan die langer moeten wachten voordat zij aan de rijopleiding kunnen beginnen en voordat zij examen kunnen doen. Dit is een maatschappelijk vraagstuk dat vraagt om een gezamenlijke oplossing van alle betrokkenen.
Op 16 februari jl. (Kamerstuk 29398, nr. 899) is uw Kamer geïnformeerd over de gevolgen van het stilleggen van de dienstverlening van het CBR op de reserveringstermijnen voor examens, toetsen en rijtesten. Inmiddels kan het CBR sinds 3 maart jl. weer praktijkexamens afnemen. Op 16 maart is ook een deel van
de theorie-examens en cursussen hervat.
Voordat de eerste lockdown (15 maart – medio mei 2020) van kracht werd, gold dat alle reserveringstermijnen voor de examens binnen de afgesproken kritische prestatie-indicator (KPI) vielen. Door het stilleggen van de dienstverlening gedurende ruim 4 maanden zijn deze fors opgelopen.
Met deze brief informeer ik u over de set aan maatregelen die het CBR heeft opgesteld om de reserveringstermijnen weer binnen de normen van de afgesproken KPI te krijgen.
Zonder aanvullende maatregelen zal het bijvoorbeeld voor de praktijkexamens mogelijk tot 2026 duren voordat de situatie weer genormaliseerd is. Met de voorgestelde maatregelen is het streven voor het einde van 2022 weer binnen de afgesproken KPI voor de reserveringstermijnen van praktijkexamens te komen.
Plan van aanpak
Met de twee lockdowns gezamenlijk waren er op 3 maart, voor de gedeeltelijke hervatting van de dienstverlening, 610.000 examens en rijtesten die op enig moment ingehaald moeten worden. Dit is circa 40% van de reguliere capaciteit in een jaar. Van de 610.000 uitgestelde examen- en rijtestmomenten zijn ongeveer de helft (305.000) theorie-examens, 12.000 zijn rijtesten, en 293.000 zijn praktijkexamens. Deze omvang is dusdanig dat dit niet is op te lossen met één simpele maatregel. Daarom heeft het CBR de Taskforce Examenafname ingesteld met de opdracht een plan van aanpak te ontwikkelen. In de bijlage bij deze brief
treft u dit plan van aanpak aan.
Maatregelen
De taskforce heeft zowel maatregelen ontwikkeld die zich richten op de uitbreiding van de examencapaciteit van het CBR, als maatregelen die gericht zijn op het beheersbaar maken van de instroom aan kandidaten. De maatregelen met betrekking tot het vergroten van de examencapaciteit heeft het CBR al in werking gesteld. Dit betreft onder andere de werving van 100 extra examinatoren en het inzetten van overwerk.
De maatregelen gericht op het beheersbaar maken van de instroom zijn tot stand gekomen na een verkenning met partijen, zoals de rijschoolbranche en jongeren.
Kort gezegd is gekozen voor maatregelen die een flinke impact hebben op het terugbrengen van de reserveringstermijn, die niet ten koste gaan van de verkeersveiligheid en die uitvoerbaar zijn.
Varianten van maatregelen die niet voldeden aan deze criteria, zijn afgevallen. Een overzicht hiervan staat in de bijlage van het plan.
Het CBR wijst erop dat de gekozen maatregelen een samenhangend pakket vormen dat echt nodig is om de reserveringstermijnen zo snel als mogelijk binnen de afgesproken termijnen te brengen.
Een belangrijke maatregel om de instroom te beperken is het verhogen van de slagingspercentages: minder herexamens betekent meer capaciteit. De doelstelling die in het plan staat is dat de slaginspercentages voor alle praktijkexamens B met 10%-punt stijgen.
Elke stijging met 1%-punt vertegenwoordigt een vermindering van 8.000 examens op jaarbasis. De drempelwaarde om te besluiten aanvullende maatregelen in te zetten, is dat er eind mei minimaal een verbetering van 4%-punt van het huidige slagingspercentages van categorie B (het gemiddelde van alle B-examens ultimo 2020 lag op 50,4%) is gerealiseerd en dat er goed onderbouwde plannen van de rijschoolbranche liggen hoe het slagingspercentage in de maanden daarna verder zal stijgen tot 60%.
Deze datum is gekozen om enerzijds de branche de tijd te geven het slagingspercentage omhoog te krijgen en anderzijds het CBR in staat te stellen voldoende snel met aanvullende maatregelen te kunnen komen als dat nodig is.
Op deze wijze krijgen rijschoolhouders en leerlingen de mogelijkheid om bij te dragen aan het voorkomen van aanvullende maatregelen. Indien de slagingspercentages eind mei echter niet voldoende zijn gestegen, zijn aanvullende maatregelen nodig.
•In eerste instantie zal tijdelijk de tussentijdse toets worden geschrapt (per 1 juni 2021). Als het tijdelijk schrappen van de tussentijdse toets onvoldoende blijkt,
•dan zal tijdelijk het faalangstexamen niet
aangeboden worden.
•Mocht dit tenslotte nog onvoldoende zijn, dan wil het CBR de examenleeftijd voor de categorie B tijdelijk verhogen naar 18 jaar.
Deze maatregelen worden zoveel als mogelijk beperkt in de tijd.
Het CBR wil tevens voorkomen dat mensen door lange reserveringstermijnen in de knel komen. Daarom houdt het CBR conform bestaande coulanceregelingen ruimte beschikbaar in de examencapaciteit voor schrijnende gevallen. Ik ondersteun de voorgestelde aanpak met een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de rijschoolbranche, het CBR en kandidaten. Ik roep de branche op om alles
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Ons kenmerk IENW/BSK-2021/67733 Pagina 2 van 2 in het werk te stellen om de lage slagingspercentages in de komende periode substantieel te verhogen. Kandidaten roep ik op pas examen te doen als ze er ook echt klaar voor zijn. In dit verband wordt ook gewezen op het binnenkort te verwachten advies van de heer Roemer, dat onder meer voorstellen zal bevatten voor het structureel verhogen van de slagingspercentages op langere termijn.
Tot slot
Met dit plan van aanpak ligt er een perspectief om de opgelopen reserveringstermijnen als gevolg van het stilliggen van de dienstverlening te keren. De opgave is groot en zal dit jaar, en volgend jaar, flinke inspanningen vergen van de rijschoolbranche en het CBR.
Ik heb het CBR gevraagd mij periodiek te informeren over de ontwikkeling van de reserveringstermijnen van de examens en zal dit ook delen met uw Kamer. Het CBR verwacht in de eerste helft van april een eerste beeld te kunnen geven. De financiële gevolgen voor het CBR als gevolg van COVID-19 worden betrokken bij de voorjaarsbesluitvorming. Het CBR biedt aanvullend de Kamer aan om dit plan toe te lichten in een technische briefing in aanloop naar het nota-overleg van 19 april.
Hoogachtend, DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, drs. C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
Wist je dat dit al vaker is voorgekomen? In onze recente geschiedenis werd vaker de Minister-President gekozen uit een tweede of derde partij.
Van Agt (CDA, 49 zetels) werd in 1977 gezozen als Minister-President, terwijl de PvdA dat jaar de grootste partij was met 53 zetels.
Hetzelfde geldt voor Lubbers (CDA) in 1982: Ook dat jaar won PvdA de verkiezingen met 47 zetels tegenover 45 van het CDA.
Meer informatie en update volg je op onze pagina https://www.facebook.com/GeenMacinDeventer/
Hier houden we jullie op de hoogte van de stand van zaken en vervolg stappen.
Met vriendelijke groet,
De initiatiefgroep Geen Mac in Deventer binnenstad.
...en toen kregen we twee volle rode mappen met stukken van de gemeente Amersfoort als antwoord op ons Wob-verzoek. 1200 pagina's willekeurig in de tijd uitgedraaid en met deels weggelakte tekst.
En wat je niet weet, daar kun je ook niet naar vragen.
Enfin, een paar algemene conclusies kunnen we wel trekken: De gemeente Amersfoort heeft vanaf 2015 al met initiatiefnemer Profin bv samengewerkt om zonnevelden in Over de Laak mogelijk te maken. Dus ver voordat de gemeenteraad op 23 mei 2017 een akkoord had gegeven om met de zeven zoekgebieden (waaronder Over de Laak) aan de slag te gaan. Daar horen nog een paar saillante details bij, maar die komen later wel in de publiciteit.
Wat ook duidelijk blijkt is dat Profin bv voorwaarden heeft gesteld bij het intrekken van de vergunningaanvraag in juli 2018, onder druk van de gemeente, nadat wij in protest waren gegaan. Eén van de voorwaarden was het behouden van een voorkeurspositie om 20 ha zonnevelden later in de tijd alsnog neer te mogen leggen. We hebben geen schriftelijke bevestiging van de gemeente gezien, maar uit de stukken blijkt wel dat de gemeente ver is meegegaan met deze claim en Profin lang aan het lijntje gehouden heeft. Tot op vandaag is dit nog steeds een verhaal van '2 waarheden'.
Uit een plan van het OBV (OntwikkelingsBedrijf Vathorst), waar de gemeente Amersfoort 50% aandeelhouder van is, blijkt dat Renewi positief stond om op de hellingen van de vuilstort ('de berg van Smink') zonnevelden te installeren. Waarom daar niet op doorgepakt is is niet duidelijk. Dat zou toch een acceptabel alternatief zijn geweest.
En tot slot worstelt de gemeente nog steeds met het uitbrengen van 'kaders' voor zonnevelden in Vathorst-Noord. In concept-voorstellen wordt gesteld dat Vathorst 17ha zonnevelden zou moeten leveren en het lijkt alsof er een interne strijd woedt over de vraag of er een integrale (groen-)ontwikkeling met woningbouw ('rode functies') en zonnevelden moet komen, of dat er een deelontwikkeling moet komen met alleen zonnevelden.
Volg ook de discussies op twitter via @BehoudDe, ons twitteraccount. We houden u op de hoogte.