U, de petitionaris

Nieuws

De verdediging van de minister nu

De antwoorden van de minister tegen het snel invoeren van de helmplicht gaan nu ongeveer zo:

Uit de internetconsultatie bleek weerstand uit de samenleving, dat moeten wij beantwoorden.

Onze reactie: een internetconsultatie is om de kwaliteit uitvoerbaarheid van voorstellen te verbeteren. Het is geen opiniepeiling of stemming. De Tweede Kamer heeft het mandaat om het volk te vertegenwoordigen. Zie ook onze bijdrage. Detailhandel vreest 70% omzetdaling (dat is ondernemersrisico) en burgers klagen over ‘minder vrijheid’. Dat was de autogordel ook, maar je krijgt er meer veiligheid voor terug. De maatschappelijke winst is enorm qua zorgkosten en het leed veroorzaakt door hersenletsel. Dat weegt allemaal zwaarder.

Handhaving nodig, ze rijden te snel. Betere handhaving, minder letsel.

Onze reactie: brom- en snorfietsen zorgen allebei voor gewonden in de statistieken, maar de snorfietsers hebben meer hersenletsel. In de statistieken is het allemaal ‘letsel’, maar wel van een andere orde. Het is het verschil tussen een revalidatie en na een jaar weer kunnen functioneren voor de bromfietser versus levenslange zorg en afhankelijkheid bij hersenletsel. Daarnaast is het vreselijk voor de (al overbelaste) artsen om dat hersenletsel binnen te zien komen. Ze kunnen niet goed helpen!

En handhaving is in Amsterdam geprobeerd in 2015. Een survey toonde daarna aan dat 1 op de 2 snorfietsers aan was gehouden daarna. Met geen positieve gedragsverandering tot gevolg, integendeel.

Er komt inconsistentie in wetgeving: er bestaat een categorie L1e-A, de gemotoriseerde tweewieler.

Onze reactie: Dit is spijkers op laag water zoeken! Zo’n ding verkoopt slecht hier, het is meer voor de buurlanden waar een helm de norm is. Hier kan je een gewone e-bike zonder helm kopen, geen verzekering verplicht. De L1e-A heeft meer dan de 250Watt aan kracht, maar minder dan de 750Watt van een speedpedelec (die telt als bromfiets, met helmplicht). Hier is het een rare tussencategorie die niemand koopt. Enige toepassing: zonder helm over zandpaadjes als elektrische mountainbike met dikke banden. Ons groepje heeft 1 zo’n ding gezien in Drenthe. Kennelijk iemand die aan het eind van een lang zandpad woont. Voor dit ding kan gewoon de helm op voortaan. Omdat er een blauw plaatje achterop zit. Komt hier een uitzondering op, dan zal deze categorie de opvolger worden van de huidige snorfiets. De hele geschiedenis sinds 1975 met dit ding kan dan opnieuw beginnen.

Er zijn Solexrijders in de internetconsultatie die klagen, hoewel er geen cijfers over zijn

Onze reactie: Om hoeveel gaat het? Enkele honderden of duizenden van de 790.000? Ze kunnen prima een helm op, je trapt je niet overmatig in het zweet zoals de forensen op een snelle speed-pedelec. Het is een beetje bijtrappen en bij de start even, je valt niet flauw van in de helm opgehoopte hitte. De Solex destijds had ook al een helm met van die leren flapjes. Met helm is altijd veiliger. Eventueel vragen Solexliefhebbers voor een recreatieve toertocht een uitzondering bij de burgemeester voor die tijd en route, die heeft een discretionaire bevoegdheid daarvoor.

De wetgeving moet wel consistent zijn, want moet langs Raad van State

Onze reactie: Hadden de juristen van het ministerie de L1e-A gemist toen ze de tekst voor de internetconsultatie goedkeurden of is deze voor de gelegenheid opgeduikeld? De AMvB voor de helmplicht bij verplaatsen naar de rijbaan bij drukke fietspaden is wel langs de Raad van State gegaan zonder dat dit een obstakel was. Dus die ‘inconsistentie’ in de wetgeving bestaat al en is geen probleem voor wie dan ook.

De gemeente Amsterdam heeft in de internetconsultatie gemeld dat Solexrijders zich hebben gemeld met klachten toen er een helmplicht kwam

Onze reactie: De gemeente Amsterdam en heel veel andere grote steden willen als geen ander deze helmplicht. Voor deze kleine categorie heb je altijd de antwoorden: ‘pech, jammer, met helm op is veiliger’ en ‘organiseer een evenement met helmplicht-ontheffingen van de burgemeester’.

Handhaving wordt moeilijker en het verkeersbeeld onduidelijker

Onze reactie: Handhaven op de helmplicht wordt juist wèl makkelijker. Er zijn geen uitzonderingen meer. Mogelijk nemen bromfietsers het fietspad omdat handhavers pas na het passeren kunnen zien dat het geen snorfiets was. Dit is een klein, voornamelijk grootstedelijk, probleem. Ten opzichte van de gezondheidswinst door de helmplicht is dit niet belangrijk. Dat automobilisten nu de snelheid van scooters beoordelen aan de hand van de helm is vergezocht. Ze zouden nu onterecht een langzame snorfiets als een snelle bromfiets beoordelen. Automobilisten moeten nu ook fietsers, e-bikes en speed-pedelecs inschatten.

24-10-2020 | Petitie Helmplicht voor snorfiets

Er is aandacht!

Ons verzoek is onder de aandacht bij de directeur HR van TempoTeam gebracht en deze heeft in haar reactie laten weten met het management van Spaklerweg deze door te geven. Omdat wij niet alle mailadressen in ons privé bestand hebben, kunnen we lang niet iedereen bereiken. geef het door svp.

Pamflet Daarom JA tegen vluchtelingen in Houten-Oost

Allereerst wensen we je gelukkig nieuwjaar!

Vandaag 2 januari hebben we ons pamflet Daarom JA tegen vluchtelingen in Houten-Oost wereldkundig gemaakt. In dit pamflet verduidelijken we aan de hand van 10 stellingen ons standpunt over het plan voor een 'Houten Hub' in Houten-Oost.

Je kunt het pamflet hier downloaden.

Het pamflet is vandaag onder meer gemaild naar de Houtense raadsfracties, het college van B&W, en lokale en landelijke media.

Ook zijn wij van plan de resultaten van onze petitie op 23 januari te overhandigen aan burgemeester Gilbert Isabella.

Het worden dus drukke en spannende weken.

Slachtoffers misbruik jeugdzorg: 'Dit onderzoek gaat niet over onze pijn’

https://www.youtube.com/watch?v=SjRyDZD-1ko&t=1s.

Filmpje Margriet die net voor 1945 slachtoffer is geworden

https://www.youtube.com/watch?v=zMAmc7_Gmd4&t=87s.

Onverwacht veel slachtoffers jeugdzorggeweld vragen vergoeding aan

Ruim 22.000 mensen hebben een aanvraag gedaan voor een speciale schadevergoeding van 5000 euro voor slachtoffers van geweld in de jeugdzorg. Het Ministerie van Justitie en Veiligheid rekende aanvankelijk op zo'n 2000 aanvragen, dat zijn er dus al ruim tien keer zoveel.

Driekwart van de kinderen die vanaf 1945 in de jeugdzorg werden opgevangen - in pleeggezinnen en instellingen - kreeg te maken met fysiek, seksueel of psychisch geweld of was daar getuige van.

+Lees meer...

1 op de 10 was zelf slachtoffer.

Dat bleek uit een groot onderzoek in 2019 door een speciale commissie onder leiding van hoogleraar pedagogiek Micha de Winter. De kinderen werden decennialang onvoldoende beschermd door de overheid, was de conclusie.

https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/nederland/artikel/5355165/schadevergoeding-geweld-jeugdzorg-ministerie-van-justitie#:~:text=Ruim%2022.000%20mensen%20hebben%20een,al%20ruim%20tien%20keer%20zoveel.

Eindrapport Commissie Onderzoek - De Winter: kinderen werden vanaf 1945 in de jeugdzorg onvoldoende beschermd tegen geweld

Kinderen die uithuisgeplaatst zijn, behoren in de eerste plaats veilig te zijn. Toch blijkt een aanzienlijk percentage van de kinderen die van 1945 tot heden in jeugdzorginstellingen of pleeggezinnen verbleven onvoldoende te zijn beschermd tegen fysiek, psychisch en seksueel geweld.

+Lees meer...

Hoewel dit zeker niet voor iedereen geldt, beschouwen deze ex-pupillen hun bejegening als liefdeloos en zeer hard. Toezichthoudende instanties hebben bij geweld onvoldoende ingegrepen.

Dat schrijft de Commissie De Winter in haar eindrapport “Onvoldoende beschermd, geweld in de Nederlandse jeugdzorg van 1945 tot heden”, dat vandaag is aangeboden aan de ministers De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) en Dekker (Justitie en Veiligheid).

Aard en omvang van het geweld Slachtoffers meldden over de jaren voor 1970 fysiek en psychisch geweld dat vooral uitgeoefend werd door groepsleiding en pleegouders. Na 1970 verschuift dit naar meer fysiek geweld van pupillen onderling. Het psychisch geweld blijft ook in die periode aanwezig

Ook in de meest recente periode vinden veel betrokkenen - jeugdigen en groepsleiding - het klimaat nog onveilig, vooral in de gesloten jeugdzorg, de justitiële jeugdinstellingen en de opvanglocaties voor alleenstaande minderjarige vreemdelingen.

Voor ex-pupillen blijkt psychisch geweld, zoals aanhoudend treiteren, vernederen en isoleren van grote invloed op hun latere leven. Veel genoemd worden psychosociale gezondheidsklachten, relatieproblemen en problemen met het opvoeden van eigen kinderen.

De commissie schat op basis van representatief onderzoek dat 1 op de 10 personen die ooit in de jeugdzorg verbleven, vaak tot zeer vaak geweld meemaakte. Bijna een kwart van de ondervraagden heeft nooit geweld meegemaakt. Uit datzelfde onderzoek bleek dat geweld in pleeggezinnen minder voorkwam dan in instellingen. Deze cijfers bevestigen het beeld van de commissie dat niet alle uit huis geplaatste kinderen in de jeugdzorg geweld ondervonden. Deelnemers aan het onderzoek rapporteerden ook goede ervaringen.

Oorzaken van geweld Een belangrijke onderzoeksvraag van de commissie was hoe dit geweld heeft kunnen gebeuren. Verschillende factoren hebben daarbij een rol gespeeld. De negatieve maatschappelijke kijk op het uit huis geplaatste kind werkte lange tijd geweld in de hand: strenge tucht werd veelal gezien als de manier om onmaatschappelijkheid en moreel verval van kinderen te bestrijden. In financiële zin is de Nederlandse jeugdzorg permanent onderbedeeld geweest, waardoor er onvoldoende middelen waren om geschikt personeel te vinden en voor langere tijd aan zich te binden. Onvoldoende professionaliteit (bijv. opleiding en methodieken) blijkt een belangrijke oorzaak van geweld, evenals het bij elkaar plaatsen van grote groepen kwetsbare kinderen. Een uitgebreide wet- en regelgeving die het kind beschermde, kwam pas in de jaren 90 van de grond. Een bredere professionalisering van de jeugdzorg zette pas in de jaren 90 door, en is ook heden ten dage nog niet af.

Het toezicht op de kinderen in instellingen en pleeggezinnen heeft in de gehele periode grote manco’s gekend. Doorgaans werd bij geweld niet ingegrepen. Pupillen konden of durfden niet over geweld te praten. Als er sprake was van geweld konden ze vrijwel bij niemand terecht. Het toezicht door Inspecties was in de eerste decennia na de Tweede Wereldoorlog marginaal. Het uitgangspunt was dat de verantwoordelijkheid bij de particuliere instellingen lag. De toezichthoudende rol van de overheid werd in de jaren 70 groter, maar bleef in de praktijk daarna vooral op afstand. Uit het onderzoek komt naar voren dat de overheid, - uitgezonderd bij grote calamiteiten-, nauwelijks op signalen van geweld reageerde.

Aanbevelingen Het onderzoek van de commissie heeft geen gemakkelijk verhaal opgeleverd. Een aanzienlijke groep minderjarigen die onder verantwoordelijkheid van de overheid uit huis is geplaatst, is onvoldoende tegen geweld beschermd. Kinderrechten zijn geschonden en levens beschadigd. Ernstig en langdurig geweld kan niet volledig worden verklaard uit de destijds heersende pedagogische opvattingen. De commissie vindt dat alle betrokken partijen ruimhartig hun verantwoordelijkheid voor het geweld moeten accepteren.

De commissie doet verschillende aanbevelingen. In de eerste plaats is het van belang om slachtoffers van geweld in de jeugdzorg erkenning te bieden. Zo is het nodig dat het kabinet en de verschillende brancheorganisaties in de jeugdzorg erkennen dat te weinig is gedaan om geweld te voorkómen en te doen ophouden. De commissie pleit ervoor dat de lotgenotenorganisaties de komende jaren ruimhartig worden ondersteund. De honderden slachtoffers waarmee de commissie heeft gesproken, hebben vrijwel allemaal te kennen gegeven dat hun verhalen blijvend gehoord en verteld mogen worden. De archieven van de commissie moeten daarom publiek toegankelijk worden, uiteraard met inachtneming van de privacyregels. Ook is het volgens de Commissie van belang dat het hulpaanbod voor slachtoffers van geweld in de jeugdzorg verbetert.

Andere aanbevelingen zijn erop gericht de jeugdzorg in de toekomst veiliger te maken. Daartoe moeten plaatsingen in gesloten instellingen zoveel mogelijk worden voorkomen, de groepsgrootte worden verkleind, en moeten jongeren toegang krijgen tot onafhankelijke vertrouwenspersonen. Het toezicht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd zou meer veldbezoeken en gesprekken met kinderen en jongeren moeten omvatten, waarbij geweld een vast gespreksthema is. De commissie stelt ten slotte voor dat de Kinderombudsman toezicht houdt op de daadwerkelijke implementatie van deze aanbevelingen.

https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2019/06/12/eindrapport-commissie-onderzoek---de-winter-kinderen-werden-vanaf-1945-in-de-jeugdzorg-onvoldoende-beschermd-tegen-geweld

Antwoord op raadsadres 'Beperking aantal taxi-ondernemingen'

Naar aanleiding van het rapport ‘Marktbeeld Taxi’ stelt u onder andere de vraag of er een stop kan komen op het aantal taxivestigingen in Amsterdam. De gemeente Amsterdam kan binnen de huidige wetgeving geen maximum stellen aan het aantal gevestigde taxiondernemingen in Amsterdam.

+Lees meer...

De (landelijke) wet regelt dat iedereen die de juiste papieren en examens heeft, zich mag vestigen op de markt. De gemeente Amsterdam kent overigens wel een aantal instrumenten om de vestiging van ondernemingen te beïnvloeden, zoals bestemmingsplannen en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Deze zijn van toepassing op ondernemingen die daadwerkelijk fysiek gevestigd zijn (en diensten aanbieden) in Amsterdam.

In tegenstelling tot de door u genoemde supermarkt, zijn deze instrumenten voor ondernemers die taxivervoer aanbieden niet effectief: een taxiondernemer kan in heel Nederland gevestigd zijn, terwijl de verbonden chauffeurs in Amsterdam werken. Beperken van het aantal vestigingen in de stad heeft daarmee geen directe invloed op het aantal taxi’s of taxichauffeurs dat in de stad rijdt.

Laatste vergunning.

Enige tijd geleden is ook de laatste benodigde vergunning afgegeven om van het mooie grindgat de Maneswaard een muggenkwekerij te maken. Door het te verondiepen met opgebaggerd slip van elders en op termijn de zomerdijk te dichten zal het afgesloten zijn van de Rijn.

+Lees meer...

Diverse vissen die op diep water overwinteren zullen een ander plekje moeten zoeken. Waterrecreanten kunnen niet meer vanaf de Rijn het gat op. Door de gekte om ook dit gebied om te toveren naar een natuurgebied met biodiversiteit (die daar nooit is geweest!) en er aan de overkant (Blauwe kamer) al in overvloed is zullen wij de mensen weer een plek kwijt raken die we zo hard nodig hebben om te ontstressen van deze maatschappij. Waarom bekruipt mij het gevoel dat een toch al rijke Staatsbosbeheer hier nog beter van wordt ten nadele van de burger? Ik vermoed dat het storten van baggerspecie/slib etc aardig wat geld opbrengt. Oh ja. Verzachtende omstandigheid: Als ze klaar zijn met storten wordt het geheel afgedekt met een laag schone aarde!!!!! Wat zegt dat over het product wat daar dan eerst gestort wordt? Maar wie ben ik? Ik ben een watersporter of waterrecreant die zijn geliefde recreatieplas in de vorm van de Maneswaard op Wagenings grondgebied verloren ziet gaan. De belangen en wensen van een grote groep burgers wordt hier compleet genegeerd.

02-01-2024 | Petitie Houd Maneswaard open