U, de petitionaris

Nieuws

Kies niet voor afplaggen in de Krimpenerwaard

De petitionaris van de petitie Kies niet voor afplaggen in de Krimpenerwaard vraagt u de petitie te ondertekenen:

"Het voornemen bestaat om binnen de Krimpenerwaard wederom, ten behoeve van het laten ontstaan van zogenaamde nieuwe natuur, tot afplaggen over te gaan. Afplaggen is echter niet het enige middel om het beoogde doel te bereiken. De beschikbare alternatieven verdienen de voorkeur."

https://natuurkrimpenerwaard.petities.nl

Wilt u deze of een andere petitie ook aandacht geven hier?

03-11-2024

Verzet tegen fusiegemeente groeit

Inwoners van de Gooi en Vechtstreek , verenigd in de vereniging Geen Fusie, zijn een actieve campagne gestart om de komst van de fusiegemeente tussen Weesp, Muiden, Naarden en Bussum (G4-variant) te verhinderen. Een aantal redenen beweegt Geen Fusie tot deze campagne.

+Lees meer...

In de eerste plaats kan de G4-variant nauwelijks op voldoende draagvlak rekenen. Dit blijkt onder meer uit het feit dat slechts een zeer miniem aantal inwoners van Bussum (2,8%) een G4-fusie steunt. De bevolking van Bussum is overigens niet zonder meer tegen een gemeentelijke fusie: een overweldigende meerderheid (96,4%) is namelijk voorstander van een fusie van Bussum met Naarden en Hilversumse Meent (G2-variant). Ook uit enquêtes in de drie andere gemeentes blijkt dat het draagvlak ontbreekt.Bovendien geschiedt de gemeentelijke indeling op nogal arbitraire gronden. Zo zijn Weesp en Muiden, anders dan Bussum en Naarden, in hoge mate op Amsterdam en directe omgeving georiënteerd. Een belangrijk argument voor de G2-variant is het feit dat Naarden, Bussum en Hilversumse Meent in de praktijk een organische eenheid vormen, aangezien het een aaneengesloten bebouwde kom betreft. In de visie van Geen Fusie zijn andere levensvatbare alternatieven, zoals de G2-variant of  verregaande samenwerking tussen gemeenten, onvoldoende onderzocht.Het belangrijkste onderdeel van de campagne is een petitie tegen de voorgenomen fusie, die op dit moment al via internet getekend kan worden. Tot dusver gebeurde dat al meer dan 750 keer, terwijl nog geen grote ruchtbaarheid gegeven was aan het bestaan ervan. Hoewel Geen Fusie de voorkeur geeft aan ondertekening van de petitie via internet, zal Geen Fusie de komende weken ook op straat te vinden zijn om handtekeningen te werven. Zo worden er flyers verspreid en worden inwoners onder andere tijdens de wekelijkse markt geattendeerd op het bestaan van de petitie, die eventueel ter plekke ondertekend kan worden.

Burgerinitiatief voor een kilometerheffingsreferendum

Naar aanleiding van het kabinetsvoorstel om kilometerheffing met onomkeerbare stappen in te voeren is er vanaf 17 november 2009 een nieuw burgerinitiatief gestart dat de Tweede Kamer der Staten Generaal verzoekt om de Wet Kilometerprijs referendabel te maken. zie: http://www.kilometerheffing-nee.nl Meer dan 120.000 mensen hebben dit burgerinitiatief reeds ondertekend..

12-12-2009 | Petitie Kilometerheffing is verkeerd

Joris D. op JDTV

  De reactie van Joris D. op onze vragen zie je hier! http://www.youtube.com/watch?v=kxpTyMVjayQ Heb je een Youtube account?  Word dan lid van JDTV!!!   .

Joris D op JDTV

De reactie van Joris D. op onze vragen zie je hier! http://www.youtube.com/watch?v=kxpTyMVjayQ   Heb je een Youtube account?                                                                                  Word dan lid van JDTV!!! .

Comissie Minister van Justitie

Pagina 1 van 3 Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken   Directie Wetgeving Sector Privaatrecht Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.justitie.nl   Ons kenmerk 5596672/09/6 Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.   Datum 15 juni 2009 Onderwerp motie Anker c.s.   Tijdens de begrotingsbehandeling van mijn ministerie voor het jaar 2009 is de motie van het lid Anker c.s. aangenomen (Kamerstukken II 2008 – 2009, 31700 VI, nr.56).

+Lees meer...

In deze motie wordt de regering verzocht de kinderalimentatiewetgeving zodanig te wijzigen dat de normen transparanter worden, het draagkrachtprincipe wordt gerelativeerd en de kinderalimentatievordering preferent wordt. Met betrekking tot deze motie merk ik graag het volgende op.   In de motie wordt geconstateerd dat de bereidheid om kinderalimentatieverplichtingen onmiddellijk na te komen, niet groot is. Het landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen ontvangt jaarlijks gemiddeld 6000 verzoeken om de invordering van achterstallige kinderalimentatie over te nemen. Niet bekend is of in deze gevallen de voldoening van de alimentatieverplichting nimmer heeft plaatsgevonden of na verloop van tijd is gestaakt. De inschakeling van het LBIO is effectief. In ± 65% van de gevallen vindt na eerste aanmaning van het LBIO alsnog rechtstreekse betaling aan de alimentatiegerechtigde plaats. In 35% van de gevallen neemt het LBIO de inning (uiteindelijk) over. In totaal 90% van de gevallen leidt de inschakeling van het LBIO alsnog tot effectuering van de kinderalimentatieverplichting. Het in de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding voorziene ouderschapsplan, waarin ook afspraken over de kinderalimentatie worden opgenomen, zal bevorderen dat ouders zich nog meer bewust worden van hun verantwoordelijkheden na het einde van hun huwelijk/geregistreerd partnerschap. In de motie wordt overwogen dat naast emotionele overwegingen ook het gebrek aan transparantie over de totstandkoming van de hoogte van het kinderalimentatiebedrag ten grondslag ligt aan de gesignaleerde geringe betalingsbereidheid. Draagkracht van de alimentatieplichtige en behoefte van de alimentatiegerechtigde vormen de wettelijke maatstaven voor de vaststelling van (kinder)alimentatie. Voor het al dan niet toekennen van een bijdrage in de kosten van levensonderhoud van een ex-partner, voor de hoogte van deze bijdrage en de duur daarvan gelden daarnaast ook niet-financiële factoren. Sinds 1979 wordt onder verantwoordelijkheid van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak het rapport Alimentatienormen uitgebracht met richtlijnen voor de berekening van (kinder)alimentatie (zogenoemde Tremanormen). Deze richtlijnen worden regelmatig aangepast en zijn voor een ieder toegankelijk. Zij worden gepubliceerd via de websites www.nvvr.org en www.rechtspraak.nl en in brochures van   Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Pagina 2 van 3 Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Wetgeving Sector Privaatrecht Datum 15 juni 2009 Ons kenmerk 5596672/09/6 Postbus 51 en van het Ministerie van Justitie wordt verwezen naar deze alimentatienormen. In de alimentatiebeschikking van de rechter is de berekening te vinden. Uit deze beschikking moet voldoende blijken van welke gegevens de rechter gebruik heeft gemaakt (Hoge Raad 17 maart 2000, N.J. 2000, 313). Tijdens de plenaire behandeling van het wetsvoorstel inning partneralimentatie (31 575) op 31 maart jl. heeft het lid De Wit bepleit dat in alimentatiezaken de draagkrachtberekening bij het vonnis wordt gevoegd en dat de motivering wordt verbeterd. Naar aanleiding daarvan heb ik – conform mijn toezegging – deze punten (met inbegrip van de draagkrachtvergelijking) onder de aandacht gebracht van de Raad voor de Rechtspraak, die vervolgens het Landelijk Overleg van Voorzitters van de familiesectoren hiervan in kennis heeft gesteld. Ik wacht de reactie terzake af. Voorts wordt overwogen in de motie dat de kinderalimentatieplichtige zelf bewust de draagkracht kan verlagen. Deze overweging wekt de indruk dat de alimentatieplichtige door het aangaan van schulden zijn draagkracht kan manipuleren. Het is evenwel de rechter die bepaalt of met bepaalde verplichtingen van de alimentatieplichtige rekening wordt gehouden. Het moet in ieder geval gaan om noodzakelijke lasten. Geconstateerd wordt vervolgens in de motie dat dit tot gevolg heeft dat de kinderalimentatiegerechtigde het nakijken heeft, omdat kinderalimentatie geen preferente vordering is. Vooropgesteld moet worden dat vaststelling van kinderalimentatie op basis van draagkracht en behoefte en eventuele preferentie terzake van kinderalimentatie los van elkaar staan. Preferentie heeft te maken met de inning/voldoening van vastgestelde kinderalimentatie. Een preferentie komt aan de orde bij insolventie van de schuldenaar (alimentatieplichtige). In dat geval zal er echter reden zijn om het alimentatiebedrag aan te passen. Is er sprake van onwil van de alimentatieplichtige dan is – zoals hiervoor uiteengezet – de inschakeling van het LBIO een effectief middel. Zoals in de planningsbrief van 9 december 2008 is aangegeven, zal het stelsel van preferenties aan de orde komen in het kabinetsstandpunt over het rapport van de commissie Insolventierecht (commissie Kortmann). De commissie Kortmann is thans bezig met het verwerken van de ontvangen commentaren, welke werkzaamheden naar verwachting in juni gereed zullen zijn. Daarna zal een kabinetsstandpunt worden voorbereid. Voor wat betreft de vaststelling van kinderalimentatie wijs ik erop dat in de hiervoor genoemde Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding een voorrangsregel terzake van kinderalimentatie is opgenomen (art. 1: 400, lid 1, BW). Deze houdt in dat kinderen en stiefkinderen onder de 21 jaren voorrang hebben boven alle andere onderhoudsgerechtigden als de alimentatieplichtige verplicht is aan meer personen onderhoud te verstrekken en onvoldoende draagkracht heeft om dit volledig aan alle gerechtigden te verschaffen. Deze regel leidt ertoe dat bij onvoldoende draagkracht van de alimentatieplichtige voorrang moet worden gegeven aan de kinderalimentatie boven de alimentatie aan de vroegere echtgenoot. Voorts heb ik vernomen dat in de eerdergenoemde werkgroep alimentatienormen van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak een aanscherping van de richtlijnen voor kinderalimentatie is voorbereid. Deze, nog niet gepubliceerde, aanbeveling inzake de nieuwe wijze van vaststelling van kinderalimentatie zal naar verwachting met ingang van 1 juli a.s. gaan werken. Ik zal dan beoordelen in hoeverre deze aanscherping tegemoet komt aan het gevraagde in de motie. Daarbij zal ook bezien worden of de aanscherping – als alternatief voor een forfaitair stelsel van vaststelling van kinderalimentatie – tot Pagina 3 van 3 Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Wetgeving Sector Privaatrecht Datum 15 juni 2009 Ons kenmerk 5596672/09/6 de beoogde besparingen op de bijstandsuitgaven leidt, doordat in meer gevallen (meer) kinderalimentatie wordt vastgesteld. Voorts wil ik erop wijzen dat de Staatssecretaris van Justitie in de rechtsbijstandbrief van 24 oktober 2008 (Kamerstukken II, 2008-2009, 31753, nr. 1) heeft aangegeven dat onderzocht zal worden of het mogelijk is te komen tot minimumnormen en objectieve richtsnoeren voor kinderalimentatie. Zodra ik meer informatie heb over de aangepaste tremanormen en het vervolg op de hiervoor beschreven initiatieven zal ik U terzake nader berichten. De Minister van Justitie,

Feitenoverzicht Affaire Joris D.

Op de website Klokkenluideronline staat een feitenoverzicht over de zaak Joris D. http://www.klokkenluideronline.nl/artikel/755/affaire-joris-demmink-het-feitenoverzicht.html.

Ingediende motie

In de motie van tweedekamerlid E. Anker is het volgende verwoord:   MOTIE VAN HET LID ANKER C.S.   Voorgesteld 5 november 2008   De Kamer,   Gehoord de beraadslaging, Constaterende, dat blijkt dat de bereidheid van kinderalimentatieplichting  tot het onmiddellijk nakomen van de kinderalimentatieverplichting niet groot is; overwegende, dat hieraan emotionele overwegingen ten grondslag liggen, maar ook het gebrek aan transparantie over de totstandkoming van de hoogte van het kinderalimentatiebedrag; tevens overwegende, dat het voor de kinderalimentatieplichtige mogelijk is om zelf bewust de draagkracht te verlagen;   Constaterende, dat dit tot gevolg heeft dat de kinderalimentatiegerechtigde het nakijken heeft, omdat kinderalimentatie geen preferente vordering is; verzoekt de regering de kinderalimentatiewetgeving zodanig te wijzigen dat de normen transparanter worden, het draagkrachtprincipe wordt gerelativeerd en de kinderalimentatievordering preferent wordt.  .

Geen sluitingdatum petitie..

Vanaf 2005 hoorden een deel van de bewoners dat de woningen gesloopt zouden worden. In 2007 werd het "plan" van de gemeente weer "aangepast"waarna niet alleen een deel maar de hele straat tegen de vlakte zou gaan.

+Lees meer...

Dit werd even via een mededeling in de brievenbus gegooid waarna een informatie-avond dia's liet zien hoe de gemeente met de verhuurder van deze woningen in een platte weergave dacht in te gaan vullen. Bij de gemeenteraad werd de voorlopige visie in een raamwerk gegeven zonder rekening te houden met de bewoners. De bewoners schreven de feitelijke situaties op en brachten de gemeenteraad op de hoogte. Tevens van het feit dat er door de gemeentelijke afdeling ook niet werd geregeerd. Een bestaand Bewoners Centrum Forum waarin Caleidoscoop vertegenwoordigd was gaf het bericht "namens de bewoners van Centrum-West te spreken". Waarna de bewoners van Centrum-West" via de reactie van ondergetekende reageerden door te stellen dat dit een vreemde zaak was gezien het Heerenveen Centrum Forum geen bewoners van dit deel van Heerenveen op een stoel had zitten. Vervolgens werd dit snel gersteld en kwam er een klankbordgroep in zicht waar de regie bij het plan van de gemeente lag en er alleen meegesproken mocht worden op basis van die plannen. Dus opnieuw werden de bewoners monddood gemaakt in de mening dat deze woningen het waard waren in stand gehouden te worden. Verder ging het meer over de infrastructuur omwille van sportstad Heerenveen. Heemschut was ook tegen sloop. Werkgroep oud-Heerenveen was ook tegen sloop. Dit werd ook duidelijk gemaakt via gesprekken/brieven. We zijn nu gekomen op een punt dat we ( ook via SASH) de ervaring op hebben gedaan dat inspraak iets anders is dan dat wordt voorgehouden. En dat regelgeving op gebied van plaatselijke richtlijnen omtrent beantwoording en communicatie naar de burgers toe afhankelijk is van inkomsten. Het bestaande college is het lichtend voorbeeld hiervan geworden. Ondanks dit gegeven geven we de strijd niet op. Ondanks de tegenwerking op het gebied van betaalbare sociale huren zullen wij ons, als niet-gesubsidieerden, sterk blijven inzetten om ook de lagere inkomens groepen fatsoenlijk te behandelen. En niet, via het niet nakomen van eerdere toezeggingen, weg te jagen door een minimale hoeveelheid sociale huren in stand te houden. Door de veranderde houding van deze gemeente om nu weer in te zetten op middeldure en dure woningen op de plaats waar eerder mensen het "recht" hadden op terugkeer naar de bestaande straat mocht er wél gesloopt gaan worden. Vooralsnog blijven de zittende bewoners tegen de sloop-ideeen van het bestaande bestuur en voorstander van het isoleren van de bestaande woningen. Wat uiteraard niet zo duur hoeft te zijn als wat men de bewoners heeft voorgehouden ( en tevens door A.Thomsen T.U Delft wordt onderschreven ivm het materiaal) De Verhuurder Accolade zegde overigens in nov. 2008 toe een onafhankelijke Bouwkundige te kunnen sturen omdat er ook werd aangevochten dat deze woningen helemaal niet zo slecht waren als men voorhield. Echter de "keuring" werd gedaan door de eigen gelederen waarbij de zelfde opzichter was die eerder vertelde nav klachten : dan zet u maar een raam open" en "daar hebben we geen geld voor". Het relaas omtrent de notities werd door de gemeente gebruikt in een later stadium om de klacht van april 2008 in het najaar van 2009 ongegrond te verklaren. Uiteraard werd de nationale Ombudsman ook op de hoogte gehouden van deze werkwijze. Tevens het VROM. Waarbij de laatste meer afging op wat de Verhuurder verkondigde in de telefoon dan dat men keek naar de bewijsstukken die intussen waren verzameld op het gebied van de communicatie klachten op gebied van het Bouwbesluit 2003 bestaande bouw. Tot op heden werd de Overlegwet en het BBSH niet aangepast ivm het recht voor de verhuurders in deze straten. Dus in hoeverre word er op een fatsoenlijke manier omgegaan met mensen in de sociale huursectoren als een gemeente alleen de eigen prioriteiten wil laten voorgaan? Is het fatsoen bij dit soort gebeurtenissen iets wat straks ook in de geschiedenis-boekjes ligt naast de rest van de geestelijke armoede? De organisatie komt voort uit een ander Steunpunt. Die van Minima. Zie link.. En já ik weet dat iedere potenciële "opstandeling" in de gaten wordt gehouden via internet. Maak ik het dus iets gemakkelijker. Gewoon omdat ik niet van klikken, achterkamertjes en overige stiekeme gedragsvormen houd En onderteken gewoon zonder politieke correctheden bovenstaande feiten..  

Waar gedachten gewoon kunnen worden uitgesproken met het oog op de hedendaagse verdeel en heers technieken..