Omwonenden ook tegen sloop
Kunstenaars en creatieve beroepen komen in protest tegen de sloop van hun studios op Keizerslanden. De gemeente Deventer wil op de plek van de oude schoolgebouwen rond de Van Hetenstraat nieuwe huizen laten bouwen. Er gaat een petitie rond die tot nu toe ... keer (zie bovenaan deze pagina) is ondertekend. Ze krijgen steun van buurtbewoners. (C, v. Dillen 12-04-21, hier onder redactie van Werkgroep Panta Rhei 13-04-2021)
Nu staan er nog lindebomen, zijn er grasveldjes en werkplekken voor kunstenaars en creatieve beroepen. Maar aan de Van Hetenstraat nummer 59, waar deze creatievelingen werken, moeten de komende jaren woningen gaan verrijzen. Het is onderdeel van het plan van het College van B&W om voor 2035 elfduizend huizen te bouwen in Deventer.
Via een petitie proberen kunstenaars nu te voorkomen dat het Panta Rhei-gebouw gesloopt wordt. Ze geven aan dat ze al hard geraakt zijn door de coronacrisis. Een zoektocht naar een betaalbare, nieuwe plek – als die al voorhanden is in Deventer – kan betekenen dat ze moeten stoppen. Ook omwonenden zien liever niet dat dit gebouw aan de Van Hetenstraat wordt gesloopt.
Onder anderen omwonende Jan Klein ondertekende de petitie. Hij woont pal tegenover dit gebouw. "Ik heb liever dat de kunstenaars er zitten dan dat ik tegen huizen of appartementen moet aankijken. Die mensen moeten ook een werkplek hebben. Ze hebben de ruimte nodig," zegt Klein.
Marèll Talsma zette ook haar handtekening. Zij wil straks niet tegen een ‘hele rij huizen of appartementen aankijken’. "Ik weet eerlijk gezegd niet zo goed wat ze er nieuw neer gaan zetten. We hebben dit huis vorig jaar gekocht en straks wordt het wel een stuk minder waard."
Als directeur van het Kunstenlab is Mieke Conijn bekend met de zorgen van de kunstenaars en creatieve beroepen die werken aan de Van Hetenstraat in het Panta Rhei-gebouw. "Zeker in deze tijd waar het voor kunstenaars ongelofelijk moeilijk is om het hoofd boven water te houden. Voor kunstenaars is het gewoon belangrijk dat er voldoende betaalbare ateliers beschikbaar zijn. Dat is niet altijd simpel. Je ziet bovendien vaak dat kunstenaars een tijdelijke plek krijgen en net op het moment dat ze gesetteld zijn, weer moeten verhuizen. Dat gaat gepaard met de nodige tijd, energie en kosten." In Deventer is sowieso weinig plek voor kunstenaars. "Er is een gebrek aan ruimte. Wij houden een wachtlijst bij."
Volgens de gemeente kunnen de kunstenaars en creatieve beroepen naar alternatieve locaties. Ook Conijn weet dat de gemeente al denkt aan andere plekken in bijvoorbeeld Colmschate of op de Vijfhoek. Niet per se een vooruitgang, stelt ze. "Kunstenaars moeten zo steeds iets verder het centrum uit. Dat is niet alleen voor de kunstenaars zelf vervelend, maar je wilt ook dat de cultuur voor de stad behouden blijft."
Bayer heeft toegegeven dat het niet in staat geweest is om de verspreiding van de genetisch gemanipuleerde organismen onder controle te houden, ondanks “de beste aanwendingen (om de besmetting te stoppen)" lees hier. Het blijkt dat alle openlucht veldproeven voor commerciële teelt van GE gewassen moeten worden gestopt voordat onze gewassen onomkeerbaar besmet zijn.
Het 2 miljoen dollar vonnis tegen Bayer bevestigt de aansprakelijkheid van het bedrijf voor een onbeheersbare techniek.Greenpeace verwelkomt de uitspraak van 4 december 2009 van de federale jury van de Verenigde Staten dat Bayer CropScience LP 2 miljoen dollar moet betalen aan twee boeren uit Missouri nadat hun rijstoogst besmet was met een experimentele rijstsoort die in 2006 getest werd door de onderneming. Deze uitspraak bevestigt dat de verantwoordelijkheid voor de gevolgen van GE (gentechnologie) besmetting bij het bedrijf ligt dat gentech gewassen vrijlaat. Een door Greenpeace International opgesteld rapport concludeert dat de totale kosten over de hele wereld als gevolg van de verontreiniging naar schatting varieert van 741 miljoen dollar tot 1,285 miljard dollar (lees hier). De uitspraak geeft aan dat Bayer aansprakelijk is voor een groot deel van deze kosten, nu schadevergoeding word toegekend in de eerste twee van meer dan 1.000 momenteel lopende rechtszaken. Het besluit moet worden gebruikt ter ondersteuning van alle aanspraken voor de verliezen van andere Amerikaanse boeren wiens gewassen hebben geleden van gentech besmetting.
Zaplog.nlPvdA-kamerlid Samsom roept provincies en gemeenten die Essent in handen hebben op niet in te stemmen met het bod van RWE. De overname is omstreden omdat RWE weinig duurzame energie produceert en werkt met bruinkool en kernenergie.
Ook leven er principiële bezwaren tegen het in buitenlandse handen komen van energielevering in Nederland. Bovendien is het Duitse energiebedrijf zelf nog niet gesplitst.
Oproep PvdA: verkoop Essent nietInwoners van de Gooi en Vechtstreek , verenigd in de vereniging Geen Fusie, zijn een actieve campagne gestart om de komst van de fusiegemeente tussen Weesp, Muiden, Naarden en Bussum (G4-variant) te verhinderen. Een aantal redenen beweegt Geen Fusie tot deze campagne.
In de eerste plaats kan de G4-variant nauwelijks op voldoende draagvlak rekenen. Dit blijkt onder meer uit het feit dat slechts een zeer miniem aantal inwoners van Bussum (2,8%) een G4-fusie steunt. De bevolking van Bussum is overigens niet zonder meer tegen een gemeentelijke fusie: een overweldigende meerderheid (96,4%) is namelijk voorstander van een fusie van Bussum met Naarden en Hilversumse Meent (G2-variant). Ook uit enquêtes in de drie andere gemeentes blijkt dat het draagvlak ontbreekt.Bovendien geschiedt de gemeentelijke indeling op nogal arbitraire gronden. Zo zijn Weesp en Muiden, anders dan Bussum en Naarden, in hoge mate op Amsterdam en directe omgeving georiënteerd. Een belangrijk argument voor de G2-variant is het feit dat Naarden, Bussum en Hilversumse Meent in de praktijk een organische eenheid vormen, aangezien het een aaneengesloten bebouwde kom betreft. In de visie van Geen Fusie zijn andere levensvatbare alternatieven, zoals de G2-variant of verregaande samenwerking tussen gemeenten, onvoldoende onderzocht.Het belangrijkste onderdeel van de campagne is een petitie tegen de voorgenomen fusie, die op dit moment al via internet getekend kan worden. Tot dusver gebeurde dat al meer dan 750 keer, terwijl nog geen grote ruchtbaarheid gegeven was aan het bestaan ervan. Hoewel Geen Fusie de voorkeur geeft aan ondertekening van de petitie via internet, zal Geen Fusie de komende weken ook op straat te vinden zijn om handtekeningen te werven. Zo worden er flyers verspreid en worden inwoners onder andere tijdens de wekelijkse markt geattendeerd op het bestaan van de petitie, die eventueel ter plekke ondertekend kan worden.
Naar aanleiding van het kabinetsvoorstel om kilometerheffing met onomkeerbare stappen in te voeren is er vanaf 17 november 2009 een nieuw burgerinitiatief gestart dat de Tweede Kamer der Staten Generaal verzoekt om de Wet Kilometerprijs referendabel te maken. zie: http://www.kilometerheffing-nee.nl Meer dan 120.000 mensen hebben dit burgerinitiatief reeds ondertekend..
De reactie van Joris D. op onze vragen zie je hier! http://www.youtube.com/watch?v=kxpTyMVjayQ Heb je een Youtube account? Word dan lid van JDTV!!! .
De reactie van Joris D. op onze vragen zie je hier! http://www.youtube.com/watch?v=kxpTyMVjayQ Heb je een Youtube account? Word dan lid van JDTV!!! .
Pagina 1 van 3 Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Wetgeving Sector Privaatrecht Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.justitie.nl Ons kenmerk 5596672/09/6 Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen. Datum 15 juni 2009 Onderwerp motie Anker c.s. Tijdens de begrotingsbehandeling van mijn ministerie voor het jaar 2009 is de motie van het lid Anker c.s. aangenomen (Kamerstukken II 2008 – 2009, 31700 VI, nr.56).
In deze motie wordt de regering verzocht de kinderalimentatiewetgeving zodanig te wijzigen dat de normen transparanter worden, het draagkrachtprincipe wordt gerelativeerd en de kinderalimentatievordering preferent wordt. Met betrekking tot deze motie merk ik graag het volgende op. In de motie wordt geconstateerd dat de bereidheid om kinderalimentatieverplichtingen onmiddellijk na te komen, niet groot is. Het landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen ontvangt jaarlijks gemiddeld 6000 verzoeken om de invordering van achterstallige kinderalimentatie over te nemen. Niet bekend is of in deze gevallen de voldoening van de alimentatieverplichting nimmer heeft plaatsgevonden of na verloop van tijd is gestaakt. De inschakeling van het LBIO is effectief. In ± 65% van de gevallen vindt na eerste aanmaning van het LBIO alsnog rechtstreekse betaling aan de alimentatiegerechtigde plaats. In 35% van de gevallen neemt het LBIO de inning (uiteindelijk) over. In totaal 90% van de gevallen leidt de inschakeling van het LBIO alsnog tot effectuering van de kinderalimentatieverplichting. Het in de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding voorziene ouderschapsplan, waarin ook afspraken over de kinderalimentatie worden opgenomen, zal bevorderen dat ouders zich nog meer bewust worden van hun verantwoordelijkheden na het einde van hun huwelijk/geregistreerd partnerschap. In de motie wordt overwogen dat naast emotionele overwegingen ook het gebrek aan transparantie over de totstandkoming van de hoogte van het kinderalimentatiebedrag ten grondslag ligt aan de gesignaleerde geringe betalingsbereidheid. Draagkracht van de alimentatieplichtige en behoefte van de alimentatiegerechtigde vormen de wettelijke maatstaven voor de vaststelling van (kinder)alimentatie. Voor het al dan niet toekennen van een bijdrage in de kosten van levensonderhoud van een ex-partner, voor de hoogte van deze bijdrage en de duur daarvan gelden daarnaast ook niet-financiële factoren. Sinds 1979 wordt onder verantwoordelijkheid van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak het rapport Alimentatienormen uitgebracht met richtlijnen voor de berekening van (kinder)alimentatie (zogenoemde Tremanormen). Deze richtlijnen worden regelmatig aangepast en zijn voor een ieder toegankelijk. Zij worden gepubliceerd via de websites www.nvvr.org en www.rechtspraak.nl en in brochures van Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Pagina 2 van 3 Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Wetgeving Sector Privaatrecht Datum 15 juni 2009 Ons kenmerk 5596672/09/6 Postbus 51 en van het Ministerie van Justitie wordt verwezen naar deze alimentatienormen. In de alimentatiebeschikking van de rechter is de berekening te vinden. Uit deze beschikking moet voldoende blijken van welke gegevens de rechter gebruik heeft gemaakt (Hoge Raad 17 maart 2000, N.J. 2000, 313). Tijdens de plenaire behandeling van het wetsvoorstel inning partneralimentatie (31 575) op 31 maart jl. heeft het lid De Wit bepleit dat in alimentatiezaken de draagkrachtberekening bij het vonnis wordt gevoegd en dat de motivering wordt verbeterd. Naar aanleiding daarvan heb ik – conform mijn toezegging – deze punten (met inbegrip van de draagkrachtvergelijking) onder de aandacht gebracht van de Raad voor de Rechtspraak, die vervolgens het Landelijk Overleg van Voorzitters van de familiesectoren hiervan in kennis heeft gesteld. Ik wacht de reactie terzake af. Voorts wordt overwogen in de motie dat de kinderalimentatieplichtige zelf bewust de draagkracht kan verlagen. Deze overweging wekt de indruk dat de alimentatieplichtige door het aangaan van schulden zijn draagkracht kan manipuleren. Het is evenwel de rechter die bepaalt of met bepaalde verplichtingen van de alimentatieplichtige rekening wordt gehouden. Het moet in ieder geval gaan om noodzakelijke lasten. Geconstateerd wordt vervolgens in de motie dat dit tot gevolg heeft dat de kinderalimentatiegerechtigde het nakijken heeft, omdat kinderalimentatie geen preferente vordering is. Vooropgesteld moet worden dat vaststelling van kinderalimentatie op basis van draagkracht en behoefte en eventuele preferentie terzake van kinderalimentatie los van elkaar staan. Preferentie heeft te maken met de inning/voldoening van vastgestelde kinderalimentatie. Een preferentie komt aan de orde bij insolventie van de schuldenaar (alimentatieplichtige). In dat geval zal er echter reden zijn om het alimentatiebedrag aan te passen. Is er sprake van onwil van de alimentatieplichtige dan is – zoals hiervoor uiteengezet – de inschakeling van het LBIO een effectief middel. Zoals in de planningsbrief van 9 december 2008 is aangegeven, zal het stelsel van preferenties aan de orde komen in het kabinetsstandpunt over het rapport van de commissie Insolventierecht (commissie Kortmann). De commissie Kortmann is thans bezig met het verwerken van de ontvangen commentaren, welke werkzaamheden naar verwachting in juni gereed zullen zijn. Daarna zal een kabinetsstandpunt worden voorbereid. Voor wat betreft de vaststelling van kinderalimentatie wijs ik erop dat in de hiervoor genoemde Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding een voorrangsregel terzake van kinderalimentatie is opgenomen (art. 1: 400, lid 1, BW). Deze houdt in dat kinderen en stiefkinderen onder de 21 jaren voorrang hebben boven alle andere onderhoudsgerechtigden als de alimentatieplichtige verplicht is aan meer personen onderhoud te verstrekken en onvoldoende draagkracht heeft om dit volledig aan alle gerechtigden te verschaffen. Deze regel leidt ertoe dat bij onvoldoende draagkracht van de alimentatieplichtige voorrang moet worden gegeven aan de kinderalimentatie boven de alimentatie aan de vroegere echtgenoot. Voorts heb ik vernomen dat in de eerdergenoemde werkgroep alimentatienormen van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak een aanscherping van de richtlijnen voor kinderalimentatie is voorbereid. Deze, nog niet gepubliceerde, aanbeveling inzake de nieuwe wijze van vaststelling van kinderalimentatie zal naar verwachting met ingang van 1 juli a.s. gaan werken. Ik zal dan beoordelen in hoeverre deze aanscherping tegemoet komt aan het gevraagde in de motie. Daarbij zal ook bezien worden of de aanscherping – als alternatief voor een forfaitair stelsel van vaststelling van kinderalimentatie – tot Pagina 3 van 3 Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Wetgeving Sector Privaatrecht Datum 15 juni 2009 Ons kenmerk 5596672/09/6 de beoogde besparingen op de bijstandsuitgaven leidt, doordat in meer gevallen (meer) kinderalimentatie wordt vastgesteld. Voorts wil ik erop wijzen dat de Staatssecretaris van Justitie in de rechtsbijstandbrief van 24 oktober 2008 (Kamerstukken II, 2008-2009, 31753, nr. 1) heeft aangegeven dat onderzocht zal worden of het mogelijk is te komen tot minimumnormen en objectieve richtsnoeren voor kinderalimentatie. Zodra ik meer informatie heb over de aangepaste tremanormen en het vervolg op de hiervoor beschreven initiatieven zal ik U terzake nader berichten. De Minister van Justitie,
Op de website Klokkenluideronline staat een feitenoverzicht over de zaak Joris D. http://www.klokkenluideronline.nl/artikel/755/affaire-joris-demmink-het-feitenoverzicht.html.