Het houden van verkiezingen in tijden van corona gaat ten koste van de democratie. Het is beter deze uit te stellen.
Politiek betrokken kiezers van Nederland
het nodige te doen om de Tweede Kamerverkiezingen uit te stellen tot september of oktober, zodat deze op een normale, democratisch wijze gehouden kunnen worden.
De onwil van het kabinet om de verkiezingen uit te stellen, steekt schril af bij het gemak waarmee het met noodmaatregelen als een avondklok en lockdown de maatschappij beperkingen oplegt en blijft opleggen. Waarom deze beperkingen niet ook voor het kabinet zelf moeten gelden bij het organiseren van verkiezingen is onduidelijk.
De wijze waarop in tijden van crises de democratische waarden en persoonlijke vrijheden worden bewaakt, is een maatstaf voor de stand van de rechtsstaat.
Het kabinet lijkt hier met twee maten te meten. Waarom in het geval van verkiezingen wel een proportionaliteitstoets, en bij de overige minstens even ingrijpende inbreuken niet?
Als het kabinet vasthoudt aan het laten doorgaan van verkiezingen, en de gesignaleerde risico’s (besmettingen) doen zich daadwerkelijk voor, dan zal het ook aan de lat moeten staan voor de gevolgen daarvan. Het kabinet is daarvoor dan aansprakelijk omdat het (ook) als positieve verplichting heeft de volksgezondheid te waarborgen.
Het organiseren van verkiezingen – met mogelijk besmettingsrisico – kan zo worden gekwalificeerd als onrechtmatige daad van de staat. Bij elke besmetting bij dit superspreading event zal het bovendien niet moeilijk zijn het causale verband aan te tonen.
Gelet op het evidente belang van de bescherming van de volksgezondheid, zoals dat door het kabinet als argument wordt gebruikt om specifieke grondrechten vergaand te beperken, valt op dat het kabinet bij de uitoefening van een aantal grondrechten doelbewust een andere keuze maakt (kiesrecht, vrijheid van godsdienst en demonstratievrijheid). Dit terwijl onbeperkte uitoefening van deze grondrechten eveneens kan raken aan de volksgezondheid en een inmenging in deze rechten onder omstandigheden uitdrukkelijk (juridisch) mogelijk is of zelfs geboden is.
Deze keuze en het verschil in benadering met andere grondrechten is opmerkelijk. Een uitstel van de verkiezingen vanwege de gesignaleerde risico’s is juridisch gezien mogelijk en wellicht geboden. Dit uitstel doet geen afbreuk aan de vrijheid van het kiesrecht omdat die blijft bestaan. De inmenging stelt alleen redelijke grenzen aan de wijze waarop dit grondrecht wordt uitgeoefend.
Het onverkort door laten gaan van de verkiezingen verdraagt zich kortweg niet met de volledige beperking van grondrechten door avondklok en lockdown.
Door Frank van Ardenne: de auteur is advocaat bij Van Ardenne & Crince le Roy Advocaten. Dit artikel verscheen in NRC Handelsblad van 8 maart 2021.
Deskundigen uit het Outbreak Management Team (OMT) maken zich zorgen over het risico van het houden van verkiezingen midden in een mogelijke derde coronagolf. Het kabinet heeft het OMT nog niet om advies gevraagd over of en hoe de verkiezingen kunnen doorgaan, maar verschillende leden vinden dat het OMT de potentiële gevolgen ervan moet bespreken en doorrekenen, blijkt uit een rondgang van NRC.
„Het heeft gewoon risico’s, die moet je becijferen”, zegt arts-microbioloog en OMT-lid Jan Kluytmans.
Het kabinet heeft tot nu toe, daarin gesteund door de Tweede Kamer, steeds gezegd dat de verkiezingen op 15, 16 en 17 maart met de nodige voorzorgsmaatregelen kunnen doorgaan. Vorige week pleitten een aantal burgemeesters in NRC wel voor uitstel.
Demissionair premier Mark Rutte (VVD) zei afgelopen vrijdag dat de verkiezingen in principe doorgaan, maar zei ook: „Als het epidemiologisch nodig is, moet je er opnieuw naar kijken.”
Momenteel is het aantal besmettingen relatief laag en dalen de ziekenhuisopnames, maar de prognoses van het RIVM voor de komende weken zijn juist somber. Directeur infectieziektenbestrijding Jaap van Dissel voorspelde donderdag in de Tweede Kamer dat door de opmars van de Britse variant een derde golf aanstaande is en het aantal nieuwe opnames op de intensive care begin april kan pieken op tussen de 60 en 100 per dag (momenteel circa 25).
Dat betekent dat juist twee weken daarvoor, als de verkiezingen plaatsvinden, het aantal besmettelijke mensen in Nederland het hoogst is; een ziekenhuisopname volgt vaak pas zo’n twee weken na infectie.
OMT-lid Diederik Gommers, eveneens voorman van de IC-artsen, zei vorige maand op de radio dat de verkiezingen misschien moeten worden uitgesteld als er sprake is van „exponentiële groei”. Gommers is nog altijd bezorgd, laat hij weten. „In de modelleringen van het RIVM is nog niet eens rekening gehouden met het effect van de verkiezingen. Wij maken ons zorgen of we op de IC de zorg kunnen blijven leveren.”
Een onderzoek naar de Franse regionale verkiezingen tijdens de eerste golf vorig jaar liet zien dat er naar schatting 4.000 extra ziekenhuisopnames waren, op een bevolkingsomvang van zo’n vier keer die van Nederland. Franse wetenschappers waren het echter niet eens of er een direct verband met de verkiezingen was.
De prognoses voor half maart zijn nu nog wel erg onzeker, zegt arts-microbioloog en OMT-lid Marc Bonten. „Krijg je dan een piek, dan is dat een heel slecht moment om veel mensen bij elkaar te brengen, zoals bij verkiezingen. Het gaat om de vraag: welk epidemiologisch risico ben je bereid te nemen?”
Als je puur vanuit het virus redeneert is het eenvoudig, zegt Kluytmans: „Dan doe je het nu liever niet.” Tegelijk snapt het OMT-lid dat het kabinet een bredere afweging moet maken.
Verschillende OMT-leden denken dat die risico-inschatting over een paar weken beter te maken is. „Wij kijken vaak niet verder dan een maand vooruit”, zegt Bonten. Die tijd lijkt er te zijn, want demissionair minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren (D66) schreef eerder aan de Tweede Kamer dat het kabinet nog begin maart met een voorstel voor het uitstellen van de verkiezingen zou kunnen komen.
Binnen het OMT is afgelopen weken nog niet over het risico van de verkiezingen gesproken. Het kan dat het kabinet nog om een advies vraagt, maar het OMT, dat onder leiding staat van het RIVM, mag de regering ook ongevraagd adviseren. Volgens RIVM-woordvoerder Harald Wychgel is dat nu „nog niet aan de orde”. Hij kan ook niet zeggen of het RIVM, het effect van de verkiezingsdag goed kan modelleren. „Dat is zeer complex en afhankelijk van de precieze vraag die wordt gesteld.”
De overheid neemt al voorzorgsmaatregelen om de verkiezingen veilig te laten verlopen. Zo mogen 70-plussers per post stemmen, gaan een groot aantal stemlokalen vervroegd open en is er meer ruimte om een andere kiezer te machtigen.
OMT-leden zien nog wel een risico in de toestroom van groepen mensen naar stemlokalen. „Hoe voorkom je lange rijen, kunnen we mensen een tijdslot geven?”, vraagt Bonten zich af. Kluytmans ziet wel iets in het pleidooi van de Partij voor de Dieren om meer mensen per post te laten stemmen. „Als je die groep uitbreidt naar de 60-plussers maakt dat de risico’s al echt minder.”
Bron: NRC Handelsblad, 9 februari 2021