Een korte inhoudelijke reactie op het artikel “Petitie kan eenheid met GGiN niet afdwingen” van het CIP. Zie voor dit artikel: https://cip.nl/68118-synodepreses-gergem-petitie-kan-eenheid-met-ggin-niet-afdwingen
Graag licht ik een aantal zaken toe om duidelijkheid te geven over mijn intenties.
Ds. Van Eckeveld “Mensen kunnen vanuit de beste bedoelingen brieven schrijven en petities starten, maar dergelijke initiatieven kunnen alleen op een kerkelijke wijze ter tafel komen. Als dat niet wordt gedaan wordt het in de gemeente des Heeren een verwarrende toestand. De Heere God is een God van orde.”
Helemaal mee eens! Mijn brief in het RD is dan ook in de eerste plaats een opiniebijdrage. Een persoonlijke reflectie over hoe ik het blijvend kerkelijk gescheiden voortleven voor mijzelf ervaar. Daarbij wil ik door middel van de petitie een zwijgende massa een stem geven. Niet meer en niet minder. Een signaal afgeven. Uiteindelijk moeten de personen, die de door God ingestelde ambten bekleden, onder de voorlichting van de Heilige Geest, besluiten wel of geen verdere stappen te ondernemen. Daar ga ik niet over; daarin moet je je plaats weten.
Ds. Van Eckeveld vervolgt: “De initiatiefnemer zou zijn wens kunnen delen met zijn kerkenraad. Vervolgens kan de kerkenraad daarmee naar de classis stappen. Via de classis kan dit initiatief vervolgens worden besproken op de generale synode.” Van Eckeveld voegt toe dat beide kerken via de Deputaatschap Kerkelijke Eenheid met elkaar in gesprek zijn. “Daar proberen we elkaar meer en meer te vinden.”
Vooralsnog ben ik niet voornemens om de formele kerkelijke weg te bewandelen. Dit omdat gesprekken op het hoogste kerkelijke niveau plaatsvinden sinds 2001. Ga ik de kerkelijke weg bewandelen, dan kom ik uit bij dezelfde mensen die deze gesprekken reeds voeren. Alleen omdat de gesprekken tot op heden niet leiden tot concrete stappen, om te komen tot kerkelijke eenheid, heb ik dit signaal willen afgeven. Voor alsnog zie ik in deze petitie nog niet het middel om een doorbraak hierin te bewerken. Ik denk dat de binnenkamer hierin een heilzamere weg is.
Dr. M. Golverdingen: “Toen ik over de petitie las, dacht ik: ‘deze man heeft de strekking van mijn boek begrepen”.
Dank u wel! U hartelijk dank voor het gedegen werk wat u geleverd hebt. Dat van mij is een eendagsvlinder, dat van u heeft blijvende waarde!
Dr. M. Golverdingen vervolgt: “Om die eenheid te bereiken moeten betrokkenen voorzichtig te werk blijven gaan. Met een petitie in de publiciteit treden kan de nodige emoties oproepen. Eenheid is in de eerste plaats geen zaak van actie, maar van gebed. En gebed kunnen we niet forceren, maar wordt bewerkt door de Heilige Geest.” Golverdingen juicht gesprekken naar aanleiding van de petitie binnen kerkelijke gemeenten toe.
Helemaal eens! Dat heeft voor mij ook de nodige worstelingen gezorgd. Met deze actie wil ik niets forceren, wel dat het juiste gesprek gevoerd wordt over: ‘Waarom gescheiden voortleven als er geen wezenlijk leerverschil is?’
Jan Zwemer is Zeeuws historicus van bevindelijk-gereformeerde afkomst. "Zulke initiatieven komen altijd onverwacht," merkt hij op. "Mijn aandacht werd meteen getrokken door de gesuggereerde toevoeging ‘onder het Kruis’ na ‘Gereformeerde Gemeenten’.
Deze toevoeging heb ik slechts gedaan in de lijn van de geest van het artikel ‘vooruit naar vroeger’. Niet om mensen of groeperingen uit te sluiten. Sterker, daar waar overeenstemming is in de waarheid, is eenheid onlosmakelijk aan verbonden.
Ds. Egas: “Ik ben blij met ieder initiatief dat eenheid aanspoort,” zegt Egas over de petitie. “Wat zou het voor de GerGem en GGiN mooi zijn als de breuk uit ’53 wordt geheeld. En wat mooi dat dit initiatief van onderop komt. Blijkbaar zijn er honderden gemeenteleden die dit verlangen delen… Het is duidelijk dat Rozendaal wordt gedreven door een hartelijk verlangen naar eenheid. Ik denk dat hij terecht constateert dat er theologisch geen wezenlijke verschillen zijn tussen de beide kerken. Er zou dan ook meer ruimte moeten komen om werk te maken aan eenheid.”
Ds. Egas geeft op een rake manier weer wat mijn intenties zijn. Dank daarvoor!
Namens de GGiN is ds. J. Roos nauw betrokken bij onderlinge gesprekken tussen beide kerken. Hij was niet bereid om commentaar te geven en verwees door naar het kerkelijk bureau van de GGiN. Ook het kerkelijke bureau wilde niet op de petitie reageren en verwees door naar ds. O. M. van der Tang. Ook de GGiN-predikant had geen behoefte aan commentaar. “Deze discussie zou niet via de media gevoerd moeten worden,” aldus de predikant uit Alblasserdam.
In mijn hart geef ik ds. Van der Tang gelijk! Dit geeft bij mij een grote spanning: Mag ik doen, wat ik gedaan heb? Anderzijds is het door het jarenlang onder embargo houden van een eigen kerkelijk onderzoek, is er een leerverschil of niet, een inhoudelijk gesprek moeilijk te voeren. Ik ben opgegroeid onder het idee dat er een leergeschil is. Sinds ca. 2007 moest dit op last van de synode onderzocht worden: Is er wel een leergeschil? Dit heeft blijkbaar tot een antwoord geleid, alleen wordt sinds die tijd onder embargo gehouden. Waarom mag hier niet in alle eerlijkheid in de openbaarheid over gesproken worden?
Geert Jan Rozendaal
Onderzoek AWBZ-premies OnderzoekAWBZ-premiesDoordat de overheid weigert verpleeghuizen marktconform te betalen, hebben deze instellingen structureel te weinig geld voor de zorg die ze zouden moeten leveren.Ruim euro 70 mrd AWBZ premies zijn verdwenenSinds 1996 romen opeenvolgende kabinetten een stijgend deel van de premies af om andere kosten mee dekkenTwee jaar geleden startten we met ons onderzoek voor een film over verpleeghuizen. Het ministerie van VWS spreekt standaard over 'incidenten' als zo'n instelling negatief in het nieuws staat.
Maar zou er structureel niet iets mis kunnen zijn? We volgden het geld vanaf het loonstrookje tot aan het bed. Na twee jaar wadlopen in een stroperige brij van beleidsinformatie was de conclusie schokkend: Wij betalen voldoende premie voor de zorg binnen de AWBZ. Vanaf 1996 hebben diverse regeringen echter besloten om een stijgend deel van de premies aan andere dingen uit te geven.VWS meldt regelmatig dat iedereen met inkomen zo'n euro 320 per maand aan AWBZ-premie betaalt. 'Volgens VWS levert dat de overheid euro 13 mrd aan premies op.' Verder was het duidelijker geweest als het premieplichtig inkomen in 2008 was vermeld: dat was volgens de overheid euro 243,8 mrd. Over dat bedrag werd 12,15% ingehouden voor de AWBZ. Dat is in totaal euro 29,6 mrd en niet euro 13 mrd. Genoeg om de AWBZ van te bekostigen en om (inclusief eigen bijdragen) nog euro 9,5 mrd over (2008) te houden. Volgens de wet dient de spaarpot, het AFBZ-fonds, daarmee gevuld te worden. Deze pot is echter leeg. Tussen 2001 en 2009 is door het afromen van de premies bijna euro 70 mrd verdwenen. Het recent gelanceerde idee van de aanvullende AWBZ-verzekering lijkt ons daarom bizar.De AWBZ is een verzekering, waarvan de premieopbrengst uitgegeven dient te worden aan ziektekosten die onder de AWBZ vallen. Dit in tegenstelling tot belastinggelden waarmee de regering kan doen en laten wat haar goeddunkt. Wij betalen de premie aan de overheid en de zorgverzekeraar is in de praktijk de uitvoerder van de AWBZ.Volgens de rechter mag zorgverzekeraar noch overheid zich voor de AWBZ beroepen op een tekort aan geld. Deze uitspraken zijn in 2003 de reden geweest dat het de LPF lukte de wachtlijsten weg te laten werken. Het lijkt erop dat het ministerie goed naar de rechter heeft geluisterd. Uit de laatste AWBZ-zorgoverzichten van het College voor Zorgverzekeraars blijkt dat er geen 'zorg' geleverd wordt, alleen 'aanvullende zorg'. Op 'zorg' mag van de rechter immers niet bezuinigd worden, op aanvullende zorg wel.Wat betekent dat bijvoorbeeld voor verpleegtehuizen? Er volgt altijd een oorverdovende stilte als weer een drama de televisie heeft gehaald. Een verpleeginstelling is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de zorg. Maar het verhaal heeft ook een achterkant. Vanaf de jaren negentig is de overheid zich steeds meer met de inhoud van de zorg gaan bemoeien. Terecht stelden de zorgaanbieders dat de uitvoering van de zorg hun eigen terrein was. Dat leverde in 1996 de kwaliteitswet op, waarmee instellingen verantwoordelijk werden voor de kwaliteit van de zorg.Wie had toen verwacht dat de overheid zich niet gehouden voelde om marktconforme prijzen voor de zorg te betalen? Bij elk drama kan VWS naar de instelling wijzen; de overheid bemoeit zich immers niet met de kwaliteit van de zorg. Wat moet een instelling zeggen als er iets mis gaat? Dat ze bij lange na niet voldoende geld krijgt voor de zorg die ze moeten leveren? Dat is waar, maar tegelijk levert ze daarmee het bewijs van haar eigen onvermogen.Het is tijd voor transparantie over de AWBZ.10 maart 2010 | Het Financiële Dagblad
Beste mensen, De petitie leeft nog steeds onder de Nederlandse bevolking, dat is duidelijk en ook ontzettend fijn. Afgelopen week is er in de Telegraaf (in de sectie vrouw) een stuk over de petitie geschreven, donderdag 11 maart ben ik geïnterviewd door BNR Nieuwsradio. Vanwege de val van het kabinet en de gemeenteverkiezingen heb ik er (in overleg met petities.nl) voor gekozen de petitie pas later in te dienen. Er is nu besloten de petitie pas aan te bieden aan het nieuwe kabinet. Tot die tijd is het van belang dat er nog vele handtekeningen worden geplaatst dus roep allemaal uw vrienden en vriendinnen op om de petitie te tekenen. Om alle ondertekenaars op de hoogte te houden zal er op korte termijn een nieuws e-mail worden rondgestuurd naar iedere ondertekenaar. met vriendelijke groet, Bianca Bolleurs.
Na het succes van deze petitie, is er een nieuwe gelijke petitie ontstaan. Deze keer op langere termijn, om hopelijk meer dan 15.000 ondertekeningen te krijgen. www.vliegveld-JA.tk en breng ook uw stem uit.Dankuwel.
Wij Vrouwen EisenPostbus 151801001 MD Amsterdamwij.vrouwen.eisen@xs4all.nlAan:Voorzitter Commissie VWS Tweede KamerP.Smeets@tweedekamer.nlper e-mailAmsterdam, 11 maart 2010Betreft: Petitie Amsterdamse abortuskliniekenGeachte mevrouw Smeets, Eind januari 2010 is het abortuscomité Wij Vrouwen Eisen een petitie Behoud Amsterdamse Abortusklinieken gestart om te voorkomen dat het Amsterdams Centrum voor Seksuele Gezondheid (ACSG / MR 70) en de Oosterparkkliniek zouden sluiten. De ACSG/MR70 kliniek is inmiddels per 1 maart is gesloten.Op 10 maart 2010 is de petitie met 2773 handtekeningen afgesloten.
Zoals u aan de handtekeningen kunt zien, hebben vooral de professionals ondertekend. Het zijn artsen, behandelaars en verwijzers, die zelf in hun dagelijkse praktijk met de opvang van ongewenst zwangere vrouwen te maken hebben. Zij ondervinden nu de gevolgen van het sluiten van de ACSG/MR 70 kliniek. Het bestuur van ACSG/MR70 heeft de kliniek gesloten zonder dat de door haar gewenste voorziening in het Slotervaartziekenhuis gereed was. De directeur van het Slotervaartziekenhuis heeft de toezegging deze gespecialiseerde hulpverlening over te zullen nemen niet op tijd kunnen realiseren. De situatie blijft zeer zorgelijk (zie bericht in Het Parool http://www.parool.nl/parool/nl/265/GEZONDHEID/article/detail/283548/2010/03/11/Abortusartsen-boycotten-Slotervaart.dhtmlDe voormalige Staatssecretaris heeft in het overleg met de Tweedekamercommissie op 10 februari 2010 verklaard zich verantwoordelijk te voelen voor de continuïteit van de abortushulpverlening in Amsterdam en omgeving.Wij Vrouwen Eisen vindt de huidige gang van zaken getuigen van onverantwoord beleid ten aanzien van de continuïteit van de abortushulpverlening. Het is u vast bekend, dat de helft van het aantal in Nederland uitgevoerde abortussen in de twee klinieken te Amsterdam plaatsvond. De vraag om hulpverlening wordt nu opgevangen via overwerk in de overgebleven en slecht behuisde Oosterparkkliniek. Ook wordt doorverwezen naar de klinieken in Heemstede en Leiden. De overige taken van de ACSG/MR70 kliniek - voorlichting over anticonceptie en seksualiteit, vruchtbaarheid, recidivepreventie - zijn deels opgesplitst en ondergebracht bij andere organisaties. De integrale seksuele gezondheidszorg is zodoende verdwenen. De in 40 jaar opgebouwde expertise wordt verkwanseld. Wij protesteren tegen deze gang van zaken. De kliniek had niet gesloten mogen worden, zonder eerst de voortgang van de laagdrempelige en kwalitatief hoogstaande integrale hulpverlening in Amsterdam te garanderen. Wij vragen u als lid van de Tweede Kamer en voorzitter van de commissie VWS alles te doen om de werkzaamheden van de overgebleven Oosterparkkliniek te Amsterdam in het belang van de hulpvragende vrouwen te waarborgen en dit op te nemen in het overdrachtsdossier voor de nieuwe commissie. Hoogachtend, Namens abortuscomité Wij Vrouwen Eisen, Gemma PaganoHilda Passchierbijlage: Petitie Behoud Amsterdamse Abortusklinieken met ondertekenaars PS voor de lezers van deze Nieuwsrubriek: Deze brief is in aangepaste vorm ook aan de Minister gestuurd.
Wanneer we de handtekeningen die we op papier hebben opgehaald zijn we nu al op de 13.000 ondertekeningen. Meerdere actiegroepen die op de werkvloer van de gezondheidszorg in beweging zijn gekomen sluiten zich aan, zodat er op 12 mei 2010 een gezamelijke zorgmanifestatie aan het ontstaan is, waar zorgdragers en zorgvragers samen deze en andere petities aan zullen bieden en ervoor zullen zorgen dat er gehoord wordt dat onze zorg ons aan het hart gaat. Wij staan voor menselijkheid, vakbekwaamheid en integriteit in de zorg, en maken duidelijk dat winstbejag, effectiviteit die de menselijkkheid afknijpt en productiviteit die de betrokkenheid de deur uit stuurt misschien wel op de marktplaats, maar niet in de zorg thuis horen. Zet 12 mei 2010 in uw agenda en help mee om de petitie die u zelf ook ondertekend hebt aan het juiste adres af te leveren.
Wegens technische beperkingen hebben we onze petitie verplaatst naar een andere plek (hier dus). Heb je al een keer ondertekend en zie je je reactie niet terug, teken dan de petitie opnieuw! Hoe meer stemmen, hoe meer impact!.
De petitie Behoud Amsterdamse abortusklinieken is op 10 maart 2010 afgesloten met 2773 handtekeningen. Wij bieden de petitie aan de Minister van Volksgezondheid en de leden van de Tweedekamer commissie aan.
Alle fractiesecretarissen krijgen ook een exemplaar met het verzoek het stuk en de begeleidende brief in het overdrachtsdossier voor de nieuwe Tweede Kamer op te nemen. De begeleidende brief bij de petitie zullen wij z.s.m. in deze rubriek Nieuws plaatsen. Alle ondertekenaars heel erg bedankt!
<!--[if gte mso 9]> /o:OfficeDocumentSettings <![endif]--><!--[if gte mso 9]> Normal/w:View 0/w:Zoom 21/w:HyphenationZone false/w:SaveIfXMLInvalid false/w:IgnoreMixedContent false/w:AlwaysShowPlaceholderText /w:Compatibility /w:WordDocument <![endif]--><!--[if gte mso 9]> /w:LatentStyles <![endif]--> GEMERT-BAKEL - Burgemeester Van Maasakkers en wethouder Verkampen stelden afgelopen vrijdag in het Gemerts Nieuwsblad dat de petitie over de veehouderij in Gemert-Bakel “niets toevoegt aan zaken die eerder in gang zijn gezet.” Dat een wethouder uitspraken doet over zaken die zijn portefeuille raken, valt nog te begrijpen. Maar dat een burgemeester, die geacht wordt ‘boven de partijen’ te staan, zich op deze wijze uitlaat is toch wel vreemd.
Uiteraard heeft de burgemeester een belangrijke taak om burgers zo snel mogelijk te informeren over uitbraken van besmettelijke ziekten. Maar juist op dat punt gaat hij minder voortvarend te werk. Volgens de GGD is de burgemeester van Gemert-Bakel al in augustus 2009 schriftelijk geïnformeerd over een besmette geitenhouderij op Grotel. Pas nadat het tv-programma Zembla in december aandacht besteedde aan de Q-koorts kwamen de feiten geleidelijk naar buiten. Intussen waren ruim driehonderd mensen, met name in Helmond, besmet. Later werd pas duidelijk waarom de betrokken burgemeesters niets hadden gezegd: ze kregen een zwijgplicht opgelegd door de Voedsel en Waren Autoriteit, een onderdeel van het ministerie van Landbouw. Het ministerie van Volksgezondheid greep niet in. Toeval? Op beide ministeries zit een CDA-er. Gelet op de uitbreidingsplannen van de intensieve veehouderij in Gemert-Bakel is er alle reden voor een openbare discussie. Wethouder Verkampen stelt daar tegenover dat het “in ieders belang is dat bestaande bedrijven kunnen blijven investeren in verbetering van de luchtkwaliteit.” Hij zegt er niet bij dat deze veehouderijen fors meer dieren mogen gaan houden als er een luchtwasser wordt geïnstalleerd. Daarmee gaat hij voorbij aan de huidige luchtkwaliteit in Oost-Brabant die te boek staat als ‘slecht’. Er is dus eerder reden om de veestapel in te krimpen, dan te laten groeien. Verkampen klaagt verder dat er een verkeerd beeld is ontstaan over de wijze waarop Gemert-Bakel omgaat met het thema gezondheid en landbouwontwikkeling. De vraag is wiens schuld dat is? Afgelopen maandag vertelden Verkampen en raadslid Frans Meulemeesters in De Rips dat er binnen de reconstructie nooit is gesproken over ‘volksgezondheid’. Inwoners van De Rips bestrijden dat en geven aan dat zij al in 2003 bezwaar hebben aangetekend tegen de aanleg van een landbouwontwikkelingsgebied vanwege effecten op de volksgezondheid. Nu maant Van Maasakkers deskundigen voorzichtig en zuiver om te springen met de volksgezondheid. “Iedereen mag zijn zorgen uiten, maar op basis van veronderstellingen op voorhand conclusies trekken is niet verstandig.” Opmerkelijk is dat zijn rechterhand Verkampen deze oproep direct op ‘deskundige wijze’ teniet doet: “Luchtkwaliteitmetingen tonen vooralsnog aan dat er in De Rips veel minder fijnstof wordt uitgestoten dan in een stad als Eindhoven. Verkeer stoot veel meer fijnstof uit dan de landbouw. Ik zou me dus eerder zorgen maken als ik in Eindhoven woonde.” Waarop dit is gebaseerd, zegt Verkampen er niet bij. Uit een rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving blijkt dat verkeer en landbouw in ongeveer gelijke mate verantwoordelijk zijn voor de uitstoot van PM2,5. Bovendien negeert Verkampen de verschillen tussen PM10 en het nog schadelijkere fijnstof PM2,5. Van Maasakkers stelt verder dat in afwachting van gezondheidsonderzoek al eerder een stop op nieuwvestiging in landbouwontwikkelingsgebieden is afgekondigd. Dat klinkt mooi, maar uitbreidingen van bestaande bedrijven gaan gewoon door, waaronder een nertsenhouderij en een nieuw kippenbedrijf bij Elsendorp. Het RIVM vindt dat huisvesting van kippen en varkens op korte afstand van elkaar niet meer kan vanwege het risico op kruisbesmettingen (pest). Het college negeert deze waarschuwingen en plaatst inwoners voor voldongen feiten. Elders in het artikel stelt Van Maasakkers dat hij de mogelijkheid wil laten onderzoeken om strengere voorwaarden te stellen aan duurzame locaties in verwevingsgebieden. “In verwevingsgebieden is in principe geen nieuwvestiging van agrarische bedrijven toegestaan. Agrarische bedrijven die als duurzaam zijn aangemerkt, kunnen wel uitbreiden.” Met andere woorden: uitbreiden op deze locaties mag eigenlijk niet, maar we doen het toch. En dat onderzoek komt er zodra de zaken zijn geregeld. Juist om deze voldongen feiten te voorkomen beroepen wij ons in de petitie op het voorzorgbeginsel. Dat het college deze argumenten terzijde schuift met ‘voegt niets toe’ is veelzeggend. De verkiezingsuitslag laat zien dat veel inwoners dit niet langer pikken en een openbare discussie willen over de intensieve veehouderij.