Ondanks dat er al jarenlang een grote financiële crisis is, geeft onze centrale bank, De Nederlandsche Bank (DNB), geen openheid van zaken over onze goudvoorraad- en vorderingen. DNB noemt het goud zelfs "ons nationaal appeltje voor de dorst". In het jaarverslag 2011 worden de bewaarplaats(en) en de feitelijke voorraad niet genoemd. Het is niet uit te sluiten dat goud weer direct gekoppeld gaat worden aan geld, zeker nu er wereldwijd sprake is van een valuta-oorlog. Waarom doet DNB hier zo geheimzinnig over? De Nederlandse burger heeft recht op transparantie, nu meer dan ooit.
Bezorgde Nederlandse burgers
1) dat De Nederlandsche Bank (DNB) de goudvoorraad het "nationale appeltje voor de dorst" noemt, en ook de "ultieme reserve en vertrouwensanker" (pagina 151, jaarverslag 2009);
2) dat DNB vreemd genoeg geen openheid geeft over onze goudvoorraad. Op pagina 176 van het jaarverslag 2009 staat alleen genoemd 'goud- en goudvorderingen' met een waarde van 15 miljard euro en een gewicht van 612.000 kilo. De plaats waar het goud wordt bewaard, wordt niet genoemd. Alleen in een folder uit januari 2009 wordt hier iets over gezegd, namelijk dat het gros in New York ligt.
Maar belangrijker, op pagina 176 wordt ook niet vermeld hoe hoog de goudvorderingen zijn en op wie we deze vorderingen hebben. Dit verschil is cruciaal. Fysiek goud is iets wat waarde heeft, vorderingen kunnen helemaal niets waard zijn;
3) dat in de VS, politicus Ron Paul ook een onderzoek wil gelasten naar de goudvoorraad;
4) dat wij, het Nederlandse volk, zeker gezien de stijgende goudprijs en de financiële crisis die maar voortduurt, ook recht hebben op inzicht in de waarde van onze goudvoorraad, het nationale appeltje voor de dorst.
1) volledige openheid op basis van cijfers september 2010 over de hoeveelheid en opslagplaatsen van het Nederlandse fysieke goud en de grootte en aard van de goudvorderingen, 2) onafhankelijke controle door een burgercomité