Invoering thuiskopieheffing mp3-spelers en dvd-recorders

Wij

de Nederlandse musici, acteurs, muziekauteurs, scenarioschrijvers, regisseurs en andere rechthebbenden,

constateren dat:

dat door de besluiten van de Minister van Justitie vanaf 2008 geen vergoeding wordt ingevoerd op mp3-spelers en dvd-harddiskrecorders. De belangen van ons als rechthebbenden worden hierdoor onredelijk geschaad. Het besluit is in strijd met de Auteurswet die bepaalt dat een thuiskopievergoeding verschuldigd is op “ieder voorwerp dat bestemd is om een werk ten gehore te brengen, te vertonen of weer te geven”. Dit geldt in ruime mate voor mp3-spelers en dvd-harddiskrecorders, waar volgens onderzoek 86% respectievelijk 79% muziek- en filmwerken op worden gekopieerd.

Doordat er geen heffing wordt ingevoerd op mp3-spelers en dvd-harddiskrecorders, zijn wij in 2008 € 25 miljoen euro aan inkomsten misgelopen.

Voor de bevriezing van het thuiskopiestelsel voert de Minister ten onrechte de volgende redenen aan:

• De nog steeds actuele verdeelproblematiek bij Stichting de Thuiskopie. Het College van Toezicht heeft echter in haar onderzoek geconcludeerd dat de verdeelproblematiek bij Stichting de Thuiskopie onder controle is. Dit wordt ook onderschreven door de rechter in het hoger beroep van het kort geding van NORMA tegen de Staat van 11 november 2008. De rechter oordeelt dat de nadelen van het besluit voor rechthebbenden in 2009 “onevenredig nadelig” zouden kunnen zijn.

• Dat de Minister een initiatief tot Europese harmonisatie wil afwachten ten aanzien van de wetgeving op het gebied van thuiskopieheffingen. Afgezien van de vraag of die er ooit komt, zal een dergelijke procedure meer dan vijf jaar duren. Dient tot die tijd een vergoeding op de mp3-spelers en dvd-harddiskrecorders uit te blijven, in overweging genomen dat in 14 Europese landen beide vergoedingen wel van kracht zijn?

en verzoeken

uitvoering te geven aan de geldende Auteurswet en de onrechtvaardige bevriezing van het thuiskopiestelsel met directe ingang op te heffen.